Het opperwezen laat niet met zich spotten

Beweringen en bewijzen

Ook Agnes van Ardenne-Van der Hoeven gebruikt metafoor waar symbool wordt bedoeld:

Op Ground Zero – voor velen een metafoor voor de botsing der beschavingen – wisten die mensen common ground te vinden. Dat was een zeldzaam moment van solidariteit tegenover het ontzaglijke vermogen van de mens om te vernietigen. Als wij willen voorkomen dat de globalisering ons verdeelt, moeten wij die solidariteit mobiliseren. De vraag wie in het spotprentendebat ‘gelijk’ heeft, mag ons niet afleiden van die Hercules-arbeid“.

Uit NRC/Handelsblad van 16 november 2006.

Hoewel in de Boekenweek het thema scherts, satire en humor voorop stond, is het mij niet opgevallen dat er om mij heen meer werd gelachen en dat er alom een klimaat van vrolijkheid heerste. Humor, die op afroep beschikbaar is, blijft nu eenmaal een beetje tweederangs. Misschien is het wel juist daardoor dat Nederland een lange traditie kent van cabaretiers en stand-up comedians, die het maken van grappen tot een ware kunstvorm hebben verheven.

In Nederland wordt humor bewaard voor speciale gelegenheden, en dat is natuurlijk om de angel eruit te halen. Na een avondje Youp van ’t Hek gaat de burgerman tevreden naar huis om zijn eigen burgerleventje voort te zetten. Voor politici was er geen grotere belediging dan niet genoemd te worden in de oudejaarsconference van Win Kan. Op nieuwjaarsdag kon de politicus trots vertellen hoe hij om zichzelf had gelachen, om vervolgens op de oude voet door te gaan. Men verwacht van cabaretiers dat zij de waarheid spreken, maar niemand wil kennelijk dat er naar die waarheid wordt geleefd.

Van oudsher raakt de humor van het Nederlandse cabaret aan drie, met taboes omgeven thema’s: God, Nederland en Oranje. In algemene termen vertaald zijn dat religie, groepsgevoel en machtsverhoudingen. Deze drie thema’s floreren, al naar gelang de politieke en sociale verhoudingen. Aan humor over het koningshuis is momenteel weinig te beleven. Maxima is zwanger, Willem-Alexander weert zich kranig op het waterfront en Beatrix zwaait in 2009 af met een goed rapport.

Ook in de humor over Nederland zit de klad. Grenspalen zijn opgeheven, de dienstplicht is afgeschaft en onze koloniale rijkdommen zijn alleen nog in het museum te bezichtigen. Diep in ons hart weten wij allemaal dat Nederland langzaam aan het verdwijnen is.

Zo blijft van de drie-eenheid alleen nog God over, maar hier doemt een probleem op. De opperwezens van nu laten steeds minder met zich spotten. Nogal wat volgelingen kunnen niet lachen om grappen over God en hun eis tot respect gaat niet zelden gepaard met bedreigingen en werkelijk geweld. De beelden van hysterische menigten die ambassades bestormen vanwege Deense cartoons, liggen nog vers in het geheugen.

Hoe daar op te reageren? Doorgaan met grappen maken, met als gevolg dat je je verantwoordelijk moet gaan voelen voor de gevolgen van gewelddadige gedrag, ver weg bedreven? Of dan maar respect tonen en verder je mond houden, in de hoop dat dergelijke gelovigen ooit weer bij zinnen komen?

Op de site van NRC/Handelsblad staat een stuk over deze kwestie van Agnes van Ardenne-Van der Hoeven, ooit minister zonder portefeuille – zij deed dus Ontwikkelingssamenwerking – en thans permanent vertegenwoordiger van de Food and Agriculture Organisation in Rome. De kop luidt: “De spotprentencrisis: een vertekend beeld”.

Met dat stuk is iets heel vreemds, want nergens wordt uitgelegd wat er aan de hand was met die spotprenten, waar ze over gingen of tot welke reacties ze hebben geleid. Dat er ooit “een controverse” is geweest, is het enige dat wij uit dat stuk kunnen opmaken. Pas helemaal aan het eind wordt gezegd dat “de vraag wie ‘gelijk’ heeft in het spotprentendebat” ons alleen maar afleidt van de grootse taak om een wereldwijde solidariteit te mobiliseren.

Ardennne2.jpg

Koest blijven dus.

Maar mij lijkt het zinloos om alle Menschen tot Broeders te willen maken, als je niet eerst de feiten kent. Misschien heeft Van Ardenne gemeend dat “de controverse” common knowledge was; dat iedereen wel weet hoe die in zijn werk is gegaan. Helaas is dat niet het geval, om de eenvoudige reden dat het veel te gevaarlijk is om dat uit te zoeken. Wel weten wij inmiddels dat een groepje moslims met de twaalf cartoons van Denemarken naar Egypte is gereisd. Daar heeft men aan het dossier eigenhandig nog drie afbeeldingen toegevoegd. Een daarvan betrof een foto van een baardige kerel, die met een elastiek een varkenssnuit had voorgedaan.

Deense cartoon.jpg

Het was juist deze foto die in moslimkring grote beroering wekte, maar later bleek het een foto te zijn van een man die op een Franse kermis had meegedaan aan het spelletje: krijsen als een biggetje. Met het beledigen van de profeet had die foto helemaal niets van doen.

Over een vertekend gesproken.

Dat alles valt te lezen op internet, maar nooit is precies onderzocht langs welke lijnen die rellen zijn ontstaan en hoeveel doden er zijn gevallen. Samen met mevrouw Van Ardenne zou ik zelfs solidair willen zijn met de hele wereld, en met alles wat daar woedt, maar misschien is het ook wel handig te weten wie er niet zo solidair is met jou.

Overigens publiceerde mevrouw Van Ardennne het stuk al eerder in de Asharq Al-Awsat en in de Yemen Times, twee kranten die vast bekend staan om hun groot gevoel voor humor.

De Volkskrant, 2 april 2007