Matthijs verslaat Bokito

Columns

Regelmatig treft de lezer van deze krant een beschouwing aan van Paul Arnoldussen, waarin verslag wordt gedaan van wat de Parool-redactie bezighoudt. Niet alle besproken onderwerpen halen de krant, maar ik kan mij voorstellen dat deze week een redacteur is opgestaan, die heeft geroepen: “En wat doen wij met Matthijs?”. Met Matthijs – zo meld ik er geheel ten overvloede bij – wordt Matthijs van Nieuwkerk bedoeld.

Dé Matthijs van Nieuwkerk, tegenwoordig kortweg bekend als Matthijs.

Wij mogen dan in de seksueel viriele komkommertijd zijn beland, maar dàt alleen kan niet de reden zijn dat Matthijs van Nieuwkerk de afgelopen week zo’n beetje alle media heeft beheerst. Je kon werkelijk geen krant of glossy opslaan, of Matthijs stond erin, zat erin, lag erin, op de grond, in de touwen, in bed, alleen of met z’n tweëen. Het losgebroken fenomeen Matthijs overtrof in aandacht zelfs even de losgebroken aap Bokito.

Matthijs2.jpg

Alleen in Het Parool kwam de Matthijs-watcher wat magertjes aan zijn trekken. Die terughoudendheid is begrijpelijk, want Matthijs is de hoofdredacteur van deze krant geweest. Alle Parolisten hebben wel een mening over Matthijs en bij zo veel meningen kan het verstandig zijn er het zwijgen toe te doen. “Matthijs houdt niet van interviews”, stond er wat er verontschuldigend in deze krant.

Maar dat neemt niet weg dat men zich niet het journalistieke kaas van het brood moet laten eten. En daar leek het op, toen ik op een mooie ochtend in mei ineens een groot interview met Matthijs in potverdrie De Telegraaf zag staan. “De ladykiller over zijn daverend succes”, stond er boven. Als eenvoudig medewerker van deze krant ben je dan even stil. Jarenlang heb je Matthijs bij wijze van spreken in het wild zien rondlopen zonder dat je erbij nadacht, maar dan blijkt plotseling diezelfde persoon iemand te zijn met grote charismatische gaven.

Ware Matthijs bijvoorbeeld niet getrouwd, dan zou hij ongetwijfeld de meest begeerde vrijgezel van Nederland zijn. Speciaal om de Parool-lezer te informeren, surfde ik naar de Viva-site (www.viva.nl/meepraten/forum), waar honderden meisjes en vrouwen al een week lang met elkaar aan het chatten zijn over wat Matthijs allemaal te bieden heeft. En dat is heel wat, varierend van: “wat een uitstraling!”, “ik vind hem ook super!”, “zucht…wat een lekker ding”, “ik ben verliefd, hoewel ik al 32 ben!”, tot “ik zwijmel, ik zwijmel…”. Enzovoort.

Matthijs1.jpg

Zowel zijn mannelijke als zijn vrouwelijke eigenschappen worden geroemd, want bij alles is hij ook nog “zacht en begrijpend”. Krankzinnig snel is het gegaan, helemaal in overeenstemming met wat je een hype zou kunnen noemen. Matthijs heeft alles: geld, een mooie auto, een vrouw, aanbidders, minnaressen, een eigen blad, aardige kinderen die uit de publiciteit worden gehouden, en eigenlijk heel vreemd: geen vervelende tegenstanders. En daarbij kan hij ook nog alles, is hij snel en wordt hij beschouwd als een vakman, een communicator, een natuurtalent, en wat niet al. Het is al een gevleugelde uitdrukking geworden: de vrouwen willen hem hebben, en de mannen willen hem zijn. Zelf moet ik steeds denken aan een opmerking van Godfried Bomans, die tegen Marlene Dietrich zei: “Had mijn vrouw maar één zo’n been”.

De beste analyse van het fenomeen Matthijs is trouwens van Felix Rottenberg, die opmerkte: “Hij charmeert eerst en slaat dan toe”. Dat is een oude interviewtruc die Matthijs van Felix zelf heeft geleerd. U moet maar eens opletten. Vaak begint Rottenberg een vraag door eerst een vleiende opmerking te maken in de geest van: u bent een intelligent man, u denkt over de dingen na, u bent leider. Pas dan volgt de vraag. Matthijs doet dat ook, en kennelijk is het een succesformule.
Laat het goed met Matthijs aflopen.

Het Parool, 26 mei 2007