Gebukt onder een leesbare loden last

Boeken etc

Het meisje met het hoofddoekje
Martin Schouten
Uitgever: Nieuw Amsterdam
Sterren: * * *

Lezers van HP/De Tijd kennen de naam van Martin Schouten maar al te goed. Hij behoort tot de generatie van John Jansen van Galen, Bert Vuisje en Ischa Meijer. Als journalist schreef hij over van alles en nog wat, met de nadruk op toneel, jazz en politieke geschiedenis. In zijn journalistieke werk heeft hij een aangename vertelstijl, al kan hij soms venijnig uitvallen.

De laatste jaren heeft Martin Schouten zich weer gewaagd aan de roman. Zo verscheen vorig jaar Zelfportret als neger. Officieel gaat de auteur daarin terug naar de wortels van de jazz, maar in feite gaat hij terug naar de wortels van zijn eigen liefde voor de jazz. Zijn volgende roman heeft niet lang op zich laten wachten: Het meisje met het hoofddoekje.

Ook daarin volgt Schouten het procédé dat was toegepast in Zelfportret van een neger: de auteur betrekt een maatschappelijk verschijnsel op zichzelf en maakt het persoonlijk.

Hier past een kleine raad: ga niet af op de flaptekst van Het meisje met het hoofddoekje. Daar staat dat “de quasi-journalistieke stijl en thematiek veel stof bieden tot nadenken over de problemen van onze tijd”. Het wordt “quasi” schrikt nogal af, evenals de cliché die daarop volgt, maar bedenk dat dit allemaal uitgeversblurb is.

Martin Schouten.bmp

Wel is het waar dat Schouten in deze roman de problemen van onze tijd aanraakt. Misschien komt het omdat Schouten de stap van journalistiek naar de literatuur heeft gemaakt, dat hij de behoefte heeft gevoeld om in één roman zo’n beetje alle grote thema’s van het huidige tijdsgewricht te willen behandelen. In Het meisje met het hoofddoekje gaat het over de islam, over Mohammed B., het communisme, de psychologie van het fanatisme, de religie, de liefde, de onderdrukking van de vrouw, goed en fout in de oorlog, de literatuur en over de muziek. Ongetwijfeld ben ik nog een aantal thema’s vergeten.

Temidden van deze baaierd vertelt Schouten ook nog eens een gewoon, bijna huiselijk verhaal van een opa die zijn kleinzoon regelmatig van school haalt en die in de tussentijd allerlei personages tegenkomt, met wie hij van alles meemaakt.
Zo ontmoet deze oudere man, Ron genaamd, het islamitische meisje Shahara, dat in een winkel bij hem om de hoek werkt. Zij is duidelijk het voorbeeld van een moderne moslima, die niets liever wil dan integreren. Ze leest geen Kader Abdolah, maar oer-Hollandse boeken als De Titaantjes en Kees de Jongen. Ze oefent zelfs de zwembadpas. Dat zij tevens uit een klassiek Marokkaans emigrantengezin komt, met een werkeloze broer die in fanatiek fundamentalisme vervalt, maakt haar personage tot een prototype.

Dat geldt in zekere zin ook voor de andere personages, zoals de joodse boekhandelaar en het verloren heertje, dat altijd keurig in het pak, zijn dagen grotendeels doorbrengt in het warenhuis De Bijenkorf. Later blijkt het heertje zijn verleden te hebben verzonnen, logisch natuurlijk, want hij was fout in de oorlog. Omdat Martin Schouten gepokt en gemazeld is in de ambacht van het verhalen vertellen, weet hij zijn personages geloofwaardig te houden, maar soms is het wel op het randje.

Even voorbij het midden van de roman wordt het verhaal verteld van Mohammed B. Wandelend langs de Sloterplas vraagt Ron zich af hoe Mohammed B. zich de avond voor de moord op Theo van Gogh moet hebben gevoeld. Vervolgens wordt de bewuste avond beschreven aan de hand van de processtukken en andere documentatie. De gaten die er nog zijn, heeft Schouten opgevuld met zijn eigen fantasie. Zo zijn wij getuige van de dialoog tussen Mohammed B. en Rachid, de jongen aan wie Mohammed B. zijn testament heeft overhandigd. Deze Rachid is later in het Hofstadproces vrij gesproken van de aanklacht op betrokkenheid bij de moord.

Twintig pagina’s lang schijnen ineens allerlei non-fictie elementen door de roman, zoals een ronddraaiende vuurtoren in de nacht. Eerlijk gezegd ervoer ik Mohammed B.’s exercitie niet als het sterkste deel van Het meisje met het hoofddoekje, maar misschien ben ik hier bevooroordeeld. De Rachid in Schoutens boek heb ik niet herkend als dezelfde Rachid die ik een paar maanden geleden uitvoerig heb gesproken op een keurig ingerichte bovenwoning in Slotervaart. Inmiddels gediagnosticeerd als lijder aan het Asperger-syndroom geeft Rachid die avond anders weer, maar dat kan hij natuurlijk ook uit lijfsbehoud doen. In elk geval blijft die bewuste avond, wat mij betreft, nog altijd grotendeels onduidelijk en onopgelost. Dat Mohammed B. ook contact moet hebben gehad met medeplichtigen, wordt algemeen aangenomen, ook al is voor die verdenking nooit enig substantieel bewijs geleverd.

Op de achterflap wordt de moord op Theo van Gogh door Mohammed B. als de centrale gebeurtenis van het boek gekenschetst, maar zo kijk ik niet aan tegen Het meisje met het hoofddoekje. De gebeurtenis waar het boek echt over gaat, zit aan het einde. Natuurlijk ligt de analogie met de moord op Van Gogh voor de hand, maar helemaal gaat die niet op, omdat het hier een aanslag betreft uit eigen kring. Opzettelijk druk ik mij hier nogal cryptisch uit, aangezien ik het verrassende slot van het boek niet wil verraden.

Ongetwijfeld zal Martin Schouten zich ervan bewust zijn dat hij een zwart, bijna misantropische roman heeft geschreven. Het wereldbeeld dat hij uitdraagt is weinig opwekkend. De jeugd heeft de toekomst, zegt het spreekwoord, maar de toekomst komt in Het meisje met het hoofddoekje om het leven. Een van de meest sympathieke personages uit het boek blijkt een leugenaar, die fout geweest is in de oorlog.

Over rol van religie als de brenger van troost, is de auteur al evenmin optimistisch. Religie is een menselijk fenomeen, waarbij het significant vaak misloopt. De joodse slachtoffers zijn in Israël zelf daders geworden, terwijl de Palestijnse slachtoffers zich inmiddels wentelen in het daderschap. Geen wonder dat de slotzin aldus luiden moest: “Ik draaide me om, hoorde hoe ze zich aankleedde en de deur achter zich dichtsloeg, ging op mijn buik liggen en dacht aan de guillotine”.

Goedemorgen!

Met Het meisje met het hoofddoekje heeft Martin Schouten een leesbare roman geschreven, die soms wel erg gebukt gaat onder de last van loodzware thema’s. Drie sterren.

HP\De Tijd, 22 februari 2008