Lucifer in het hooi

Maar meneer

Op Lucifer in het hooi, de weblog van Gerrit Komrij, las ik het onder meer het volgende: “Ook mensen die slim heten te zijn, diepere denkers dan de verslaggevers van de dag, luisteren slecht.

lucifer in het hooi4.bmp

Toevallig las ik, enige tijd geleden alweer, op de website van Max Pam dat ik gezegd zou hebben, tijdens een gelegenheid waar ook Max Pam aanwezig was, dat de site Geen Stijl de ‘opvolger’ zou zijn van W.F. Hermans.

Misschien stond er zelfs ‘waardige opvolger’, wat ik me niet herinner en niet hoop.

Ik had het bij die gelegenheid, die in het teken stond van iets ter herdenking aan of ter viering van W.F. Hermans, over de formele tijden die nog maar kort achter ons lagen. Ik dacht daarbij aan de Nederlandse jaren dertig en vijftig, die door zekere oorlog eventjes onderbroken Heuse Periode. In die formeler tijden, de bakermat van de generatie Hermans, konden schrijvers opvallen door hun afwijkende toon of hun speciale woordkeus. Ik dacht aan de typisch Multatuliaanse overdrive bij zekere literatoren. Nu, aan die behoefte om het spits en geinig en snel en memorabel te zeggen, voegde ik er aan toe, wordt in onze jaren dubbelenul ruimschoots voldaan in de ene scheldrubriek na de andere, zie bijvoorbeeld het stijltje en de onomwondenheid van Geen Stijl. De schrijvers van nu zullen dus iets anders moeten verzinnen of daar bovenuit moeten zien te komen. Dat zei ik. Ik weet niet of het terecht is. Wat je op zulke avonden doet, in een forum met publiek, is balletjes opgooien. Maar het is toch een heel ander balletje dan ik bij Pam weer zag landen?”.

Tot zover Gerrit Komrij.

Vreemd. De woorden “opvolger” of zelfs “waardige opvolger” komen in mijn stukje helemaal niet voor. Wie leest er slecht?

Of de optredens op die bewuste avond zijn opgenomen, weet ik niet. Zo ja, dan valt er iets te controleren. Zo nee, dan moet ik op mijn geheugen afgaan. Eerlijk gezegd weet ik wel zeker dat Komrij toen niet heeft gezegd heeft wat hij nu zo uitstekend formuleert. Er is nu eenmaal vaak een grote discrepantie tussen spreken en schrijven. Tussen wat men zegt en wat men eigenlijk bedoelt. Dat geldt ook voor schrijvers die slimmer heten te zijn dan de rest. Hoe diep hun denken ook is, lezen doen ze soms slecht, en spreken ook.

Maar misschien vergis ik me, waarvoor in dat geval mijn excuses. Het was ook een erg gemelijke avond, waarop niet veel nieuws te berde werd gebracht. Dan sukkel je al snel weg.

9 maart 2008