Fawaz contra Marcouch

Buitenhof

Veertig jaar na de dood van Padre Pio is zijn half vergane lijk weer geupdated en neergelegd in een glazen kist. Dagelijks lopen in het Italiaanse San Giovanni Rotondo duizenden pelgrims langs een hoopje botten en masker van was, in de hoop dat ook hun het wonder geschiedt dat de kapucijner monnik zo vaak tijdens zijn leven heeft verricht. Je zou deze opbaring met recht een wassen neus kunnen noemen, ware het niet dat Padre Pio decennia lang de inzet is geweest van een machtstrijd van katholieken onderling.

Verschillende keren is Padre Pio binnen de kerk in ongenade gevallen. Paus Johannes XXIII zag in Padre Pio een oplichter, die zelf zijn bloedende stigmata met spijkers en zoutzuur had aangebracht. Johannes Paulus II daarentegen had zo veel bewondering voor Padre Pio dat hij hem heilig heeft verklaard.

Dat religie en macht veel met elkaar te maken, wordt ook zichtbaar in de polemiek die Jneid Fawaz en Ahmed Marcouch zo’n beetje in alle media hebben uitgevochten. Fawaz – de salafistische imam uit Den Haag – had Ahmed Marcouch – de voorzitter van de Amsterdamse stadsdeelraad Slotervaart – uitgemaakt voor “schijnpoliticus” en “hypocriet”. Verwijten waar je je schouder over op kunt halen, maar die in islamitische kring kennelijk zo ernstig zijn dat Marcouch meende dat er een fatwa tegen hem was uitgesproken.

Marcouch.jpg

Toen de zaak escaleerde, begonnen de Nederlandse moslimorganisaties zich ermee te bemoeien. Zij eisten excuses van de Haagse imam, die hij aanvankelijk weigerde uit te spreken, maar intussen heeft Fawaz zijn beschuldigingen van zijn website gehaald en grootmoedig gezegd dat zijn kritiek niet was bedoeld als doodvonnis.

Ahmed Marcouch is een tragische held van deze tijd. Hoewel hij een krachtdadige en moedige indruk maakt, is hij iemand die overal tussen valt. Voor Nederlanders is hij een Marokkaan en voor de Marokkanen is hij een Nederlander. Voor veel Nederlanders is hij het hulpje dat lastige Marokkanen in toom moet houden en voor veel Marokkanen is hij een handlanger van de ongelovigen. Marcouch is de ambtenaar die de Nederlandse wet moet handhaven, maar voor degenen op wie die wet wordt toegepast is Marcouch een renegaat, een afvallige. Op www.Marokko.nl wordt Marcouch omschreven als “een schijnheilige hond met verkaasde standpunten”.

Het is duidelijk dat Marcouch te vrezen heeft. Van het communisme, de religie van de aardse heilstaat, weten wij dat renegaten als de grootste vijanden worden beschouwd. Stalin heeft heel wat fatwa’s op zijn geweten, al werden die toen nog gewoon “nekschot” genoemd.

Voor Marcouch lijkt er weinig eer te behalen, maar gezegd moet worden dat hij zich kranig houdt. Punt is wel dat hij religie wil gebruiken als wapen in de strijd voor integratie en tegen moslimsextremisme. Hij wil meer godsdienstonderwijs en er moet in Slotervaart een poldermoskee komen van Mohammed Chepih, de man die vroeger homo’s verafschuwde, maar die tegenwoordig heel gematigd schijnt te zijn. Ik sta wantrouwend tegenover vermenging van kerk en staat, maar ik begrijp ook dat Marcouch in eigen kring onaanvaardbaar wordt wanneer hij zich niet solidair betoont met de islam.

Marcouch staat voor de bijna onmogelijke taak dat hij bij alles en iedereen het wantrouwen moet wegnemen. Maar als hij daar in slaagt, kan hij uitgroeien tot de Nederlandse Padre Pio.

Buitenhof, 6 april 2008