Haal troepen weg uit Afghanistan

Columns

“Kent u dat gevoel?”, om met mijn geliefde dominee Gremdaat te spreken.Het gevoel in kwestie was dit keer de spreekwoordelijke druppel die de spreekwoordelijke emmer deed overlopen. Het gevoel dat het nu genoeg was geweest, dat dit echt niet meer kon, dat het nu mooi was geweest.
Kortom, het onafwendbare en unheimische gevoel dat ik nu definitief van mening was veranderd.

Het kwam allemaal aan het rollen, toen ik keek naar de uitspraak in het hoger beroep tegen Sayed Parwez Kambakhsh. Deze 24-jarige Afghaanse student is enige tijd geleden ter dood veroordeeld wegens godslastering. Ervan afgezien dat de doodsstraf voor godslastering een belachelijke straf is, staat ook wel vast dat de hele aanklacht volkomen is gelogen. Als student aan de Universiteit van Balkh schreef Kambakhsh voor verschillende plaatselijke kranten. In oktober 2007 werd hij gearresteerd, officieel omdat hij met zijn vragen over vrouwenrechten de lessen op school zou hebben verstoord. Ook zou een islamvijandig stuk hebben gedownload.

Sayed Parwez Kambakhsh.bmp

Het proces vond plaats achter gesloten deuren en Kambakhsh kreeg geen advocaat toegewezen.

Het verhaal van Sayed Parwez is eigenlijk het verhaal van twee broers, want ook broer Sayed Yaqub Ibrahimi Kambakhsh is journalistiek werkzaam. Onlangs vertelde hij aan de Vlaamse krant De Morgen wat voor soort artikelen hij met zijn broer schrijft. Zo werd er een stuk gepubliceerd over de zogenaamde dancing boys, waarbij “machtige, oudere krijgsheren tienerjongens dwingen om zich als meisje te verkleden en te dansen. Na de braspartijen worden de jongens soms ook verkracht”. Onder cover werd uit de mond van een van de krijgsheren genoteerd: “Ik heb ze liefst als ze 14 zijn. De jongens in mijn bezit bepalen mijn prestige. Ik ben getrouwd, maar ik ga liever met enkele van mijn jongens naar een feestje, dan met mijn vrouw”.

Verder schreven de broers verhalen over moorden en verkrachtingen, gedwongen prostitutie, over de ruil van een 11-jarig meisje voor een vechthond en over kamelengevechten met hun vernederende weddenschappen. Logisch dat de geïrriteerde krijgsheren alles in het werk hebben gesteld om de broers Kambakhsh uit te schakelen. En dat is aardig te zijn gelukt, ook al heeft men de doodstraf in hoger beroep omgezet in twintig jaar.

Sayed Parwez Kambakhsh (morgen).bmp

In dit conflict tussen de tribale waarden en wat Pim Fortuyn “de moderniteit” heeft genoemd, moeten wij wel beseffen dat het proces tegen Sayed Parwez niet wordt gevoerd door de Taliban. De rechters die Sayed Parwez een kop kleiner willen maken, vertegenwoordigen die kant van de Afghaanse samenleving, waarvoor het westen meent te moeten opkomen.

Zo sprak Sibghatullah Mojaddedi, voorzitter van de Afghaanse senaat, zich duidelijk uit voor de veroordeling, een daad die des te bedenkelijker wordt wanneer wij bedenken dat Mojaddedi een trouwe bondgenoot is van president Karzai. In Den Haag mag Karzai een graag geziene gast zijn, ondertussen heeft hij vragen van internationale organisaties over het lot van Sayed Parwez Kambakhsh onbeantwoord gelaten.

In het verleden ben ik een gematigd voorstander geweest van ingrijpen in Afghanistan. Ook de inbreng van Nederlandse troepen kon ik billijken. Maar in mijn meningsvorming is nu iets drastisch veranderd. Die verandering is begonnen met de waarschuwingen van militaire deskundigen dat de zaak niet is te winnen. Maar getuige de uitspraak tegen Sayed Parwez, is de strijd ook mentaal niet te winnen.

Toen ik de rechter zag, die de doodstraf van Sayed Parwez Kambakhsh omzette in levenslang, kwam onherroepelijk de vraag op wat de Nederlandse troepen nog in Afghanistan te zoeken hebben. Waarom gaan wij vechten voor mensen met waarden en normen die haaks staan op de onze? De Nederlandse regering mag haar soldaten niet meer laten sneuvelen voor de vrijheid van een samenleving die een werkelijk dapper mens als Sayed Parwez Kambakhsh liever dood maakt. De white men’s burden – de opdracht van de witte man om ontwikkeling te brengen – was een mooi ideaal, maar ik geloof niet dat Nederland er beter van wordt om de last van de wereld te torsen.

Met andere woorden: de Nederlandse troepen moeten nu zo gauw mogelijk terug naar huis.

Dat is mijn mening.

Het Parool, 25 oktober 2008