In zeven sloten tegelijk

Columns

Na de oorlog zijn veel nazimisdadigers naar Zuid-Amerika ontsnapt, al of niet met hulp van het Vaticaan. Een aantal is daar gearresteerd en teruggestuurd, maar het merendeel heeft tamelijk ongestoord hun leven kunnen voortzetten. Met uitzondering dan van Eichmann, die door de Mossad uit Argentinië is ontvoerd.

Daarentegen zijn honderden andere nazi’s opgenomen door de Duitse enclaves in Paraguay, Uruguay en Chili. De arm van de geallieerde Justitie reikte destijds niet ver genoeg en van uitleveringsverdragen was nauwelijks sprake.

Ook voor kleinere criminelen was Zuid-Amerika een aantrekkelijk vluchtoord. Treinrovers en bankovervallers waren al op weg naar Brazilië, voordat de politie erachter kwam wie de kraak had gepleegd. En hoe vaak is het niet gebeurd dat een eenvoudige boekhouder de kas leegde en er met het laatste vliegtuig vandoor ging?

Zo herinner ik mij een notaris, die – naar ik meen – Quadflieg heette en die van een schip in Rotterdam de kajuiten verkocht, voor het geval de Russen zouden komen. Toen hij zijn zakken had gevuld, voer hij inderdaad de haven uit, zij het in zijn eentje. Hij kwam nooit meer terug en heeft nog een kaartje uit Montevideo gestuurd.

Joran van der Sloot

Kennelijk is Zuid-Amerika ook niet meer wat is geweest, getuige het feit dat Joran van der Sloot al na twee dagen werd gearresteerd. Joran had maar net de Peruviaanse grens gepasseerd of de Chileense politie wist hem 3.300 kilometer verderop uit een taxi te plukken. Knap werk, maar je vraagt je af: waar moet het met de wereld heen als er zelfs in Zuid-Amerika geen privacy meer is voor boeven en de rest van de penose? De satelliet kijkt op ons neer en dat geldt natuurlijk niet alleen voor misdadigers.

Peter R. de Vries had al voorspeld dat Joran snel zou worden gearresteerd – ere wie ere toekomt. Op de radio hoorde ik hem zeggen dat Joran geen kant uitkon. In Chili zou hij als westerling alleen al opvallen door zijn postuur en bovendien had hij daar geen vrienden om hem te helpen. Nauwelijks was Peter R. de Vries uitgesproken of het bericht ratelde binnen dat Joran was opgepakt. Zou De Vries zoiets als een persoonlijke triomf opvatten?

Er staat nog helemaal niet vast dat Van der Sloot de dader is, maar ik ben wel benieuwd waar hij dit keer mee aankomt. In elk geval is hij momenteel een van de laatste mensen op aarde, in wiens schoenen ik zou willen staan. De internationale misdaadpers, onder aanvoering van de Amerikanen, is al in Santiago en Lima aanwezig om de strapatsen te beschrijven van “de Hollandse psychopaat” of van “het monster achter de dijken”.

Kamermeisjes en soldaten

Wie wil weten wat de verdachte in de Peruviaanse gevangenis te wachten staat, moet maar eens de verhalenbundel Kamermeisjes en soldaten van Arnon Grunberg lezen. Daarin staat het lot beschreven van Lori Berenson, het Amerikaanse meisje dat in 1995 – 26 jaar oud – in Lima werd gearresteerd vanwege haar lidmaatschap van het zoveelste revolutionaire bevrijdingsfront. Je zou haar de Amerikaanse Tanja Nijmeijer kunnen noemen.

Ze kreeg twintig jaar en is vorige maand na vijftien jaar vrijgelaten. Ze kwam vrij als een ander mens, geheel vervreemd van haar familie en van zichzelf. Ze werkte in de broodbakkerij van de gevangenis en het is een wonder dat zij het heeft overleefd.

En dan is Lori Benrenson nog Amerikaanse vrouw, zodat haar kansen hoger moeten worden ingeschat dan die van een Nederlandse moordenaar. In De Telegraaf las ik een interview met Jasper Bloemendaal, de oprichter van de stichting Nederlandse Gevangenen in Peru.

Jasper Bloemendaal

Hij beschrijft de situatie daar als “een Middeleeuwse kerker, de hel op aarde”. Het is er overvol, de hitte is afschuwelijk en er hangt een misselijk makende stank. De gevangenen lopen jaren in de kleren die zo bij hun arrestatie aan hadden.

Bloemendaal zegt: “Dit wens je je ergste vijand niet toe”.

Het Parool,  5 juni 2010