Opstanden zijn van alle tijden

Columns

U  zult van mij geen diepzinnige beschouwingen lezen over de invloed van Facebook enTwitter op de revolte in Egypte. Mijn indruk is namelijk dat die invloed schromelijk wordt overdreven. Je zou bijna vergeten dat zulke volksopstanden al eeuwen lang een terugkerend verschijnsel zijn.

De opstand in Tibet bijvoorbeeld, die op 10 maart 1951 in Lhasa begon, en waarbij duizenden mensen het leven lieten, kwam geheel tot stand zonder Facebook en Twitter. Ik zal het u nog sterker vertellen. Zelfs de opstand van de Nederlanden tegen de Koning van Hispanje heeft zich ontvouwd zonder dat ook maar één geus op het idee kwam om via zijn laptop een tweet naar Den Briel te sturen.

“Vroeger aten de mensen ook brood”, placht Rudy Kousbroek te zeggen.

Het kan zijn dat overal ter wereld opstanden ontstaan die via Facebook zijn uitgeroepen, maar soms bekruipt mij de gedachte dat de macht van die netwerken vooral wordt beleden door achttienjarige gymnasiasten uit Amsterdam-Zuid. Ik kijk ook wel eens op Twitter en wat mij opvalt, is de volstrekte onnozelheid van de gemiddelde mededeling. Als daar de opstand der horden vandaan moet komen, heb ik er een hard hoofd in.

Ronald Giphart – ook al weer 45, maar eeuwig jong – ziet in Twitter de zoveelste verschijningsvorm van New Journalism. Thuis kijkt hij televisie op vijf schermen tegelijk, terwijl hij daarbij Twitter in de gaten houdt. Dat alles om vooral niet te missen wanneer Mubarek op een span kamelen het land wordt uitgejaagd.

Moordend is het leven van een mediawatcher, maar zelf ben ik liever wat voorzichtiger in mijn verwachtingen. Het verkrijgen van de macht is geen spelletje voor achttienjarige gymnasiasten of voor gezellige columnisten, maar een kwestie van geduld, strategisch inzicht en wapens.

Mubarak is nog steeds niet weg.

Nog geen twee jaar geleden waren wij getuige van een opstand in Iran. Wij zagen toen heftige beelden van een volk dat in opstand leek te komen. De straten kleurden groen en de journalistieke verslagen waren euforisch. De jeugd, de democratie, de vrijheid, een nieuwe lente en een nieuw geluid. Wie de commentaren las van Afshin Ellian en Kader Abdolah moet het onafwendbaar hebben geleken dat Het Goede zou overwinnen. De laatste dagen van de schurk Ahmadinejad waren geteld.

En wat is er van terecht gekomen?

Het lijkt erop dat Ahmadinejad vaster in het zadel zit dan ooit. Het aantal executies in Iran is dit jaar weer verder gestegen. De achttienjarige twitteraars uit Amsterdam-Zuid hebben er geen voorstelling van hoe onwezenlijk hard de werkelijkheid is, en zij zijn bepaald niet de enigen. Zelfs een Nederlandse minister was er niet op voorbereid dat ze in Iran mevrouw Zahra Bahrami echt zouden ophangen. Daarom geloof ik ook niet zo in die nieuwe journalistiek, die zich via Twitter over de wereld aan het verspreiden is. Twitter is een informatiebron die je met enige distantie in de gaten moet houden, maar een journalist kan er zelf beter niet aan meedoen.

Jan van der Putten

Het moet in het midden van de jaren zeventig zijn geweest dat NRC/Handelsblad-correspondent Jan van der Putten werd ontslagen, omdat hij in zijn berichtgeving al te geëngageerd was geweest. Het was vooral de oud-hoofdredacteur J.L. Heldring, die in zijn column Dezer Dagen de journalistieke aanpak van Van der Putten had gehekeld. Als je destijds de stukken van Van der Putten mocht geloven, zouden de Salvador Allendes elk moment het Latijns Amerikaanse continent overnemen.

Zoals wij nu weten, liep het anders. Allende zelf werd bij een staatsgreep gedood en generaal Pinochet nam het bewind over. Dictator Pinochet spotte met alle voorspellingen door lange tijd aan de macht te blijven en heel oud te worden. Tegenwoordig is Chili een tamelijk welvarend land en weten wij dat Allende een antidemocraat was en een antisemiet.

En nu ga ik even op CNN kijken of Mubarak al is weggejaagd.

De wereld is alleen achteraf voorspelbaar.

Het Parool, 5 februari 2011