Alleen een Abramovitsj kan Ajax redden

Beweringen en bewijzen

In Libië woedt een burgeroorlog en in Japan lekt een kerncentrale. En in Nederland staan alle kranten vol van Johan Cruijff. De legendarische voetballer heeft een coupe gepleegd en het Ajax-bestuur is opgestapt. Daar keek de aanstichter wel van op. Dat bestuur moest natuurlijk weg, maar wel op een moment dat Cruijff dat had verordonneerd.

Cruijff

Ajax is een beursgenoteerd bedrijf. Ik herinner mij nog dat het aandeel in 1998 naar de beurs werd gebracht. De introductiekoers was zo’n twaalf euro – toen 25 gulden – en de club haalde er 54 miljoen mee op. Eén speler van wereldklasse kost tegenwoordig meer.

Ik herinner mij bovendien dat Frank de Boer ook een stelletje van die aandelen had gekocht. Op de televisie zei hij dat hij er alle vertrouwen in had. Of Frank net zo veel verstand heeft van effecten als van voetbal weet ik niet, maar al snel daalde het aandeel naar € 3,50.

Gisteren stond het op € 6,99. In de dertien jaar dat het aandeel op de beurs wordt verhandeld, is er voor de beleggers nooit eer aan te behalen geweest. Vandaar dat het Ajax-aandeel ook wel een funaandeel wordt genoemd. Een funaandeel is een aandeel dat je voor je plezier koopt, niet om er winst mee te maken, maar om een bepaalde zaak te steunen. Benieuwd of De Boer de aandelen van toen nog in portefeuille heeft.

Cruijff.

Ik probeer mij voor te stellen dat een vroegere werknemer van een beurs genoteerd bedrijf na jaren weer aanklopt om een totale koerswijziging te eisen. Hij verlangt ook meteen het ontslag van verschillende afdelingschefs en de nieuwe mensen moeten geheel volgens zijn richtlijnen worden aangesteld. Het is waar dat de voormalige medewerker in zijn tijd heeft geglorieerd, maar dat is al weer een dikke dertig jaar geleden. Bovendien is die medewerker destijds naar een concurrerend bedrijf gegaan, omdat hij daar meer kon verdienen – een niet onbelangrijk detail. Daarnaast heeft de werknemer slechts op een deelgebied kennis van wat er in een beurs genoteerd bedrijf omgaat.

Kortom: stel je voor dat Thomas Edison, de uitvinder van de gloeilamp, morgen bij Philips op de stoep zou staan om te vertellen hoe ze het bedrijf weer succesvol moeten maken.
Gerard Kleisterlee, zeg maar de Uri Coronel van Philips, zou Edison met alle egards in de kantine – of voor mijn part in de schouwburg van Eindhoven – hebben gehuldigd, maar dan zou hij hem zo snel mogelijk weer naar huis hebben gestuurd.

Waarom is dat dan niet gebeurd bij Ajax?

Supporter

De oorzaak daarvan is de supporter, het kwaadaardige monster dat in het voetbal rondwaart. Met elkaar verenigd vormen de supporters een legioen dat een enorme macht bezit. Hollend over straat boezemt het legioen angst in. De supporter kan zich veel permitteren. Hij mag zijn belachelijk uitdossen en zijn keel schor schreeuwen. Hij mag hossen en dronken zijn. Hij mag roepen “wie niet springt die is geen Jood”, en hem zal niets gebeuren. Langs de lijn staand mag hij de scheidsrechter uit schelden en de bal voor de doellijn wegschoppen, als hij vindt dat zijn club wordt benadeeld. Hij mag de spelers ophitsen, om later onder krokodillentranen te verklaren dat “de goeden altijd onder de kwaden moeten lijden”. Wie wordt gesteund door het legioen is machtig man, want niemand wil het opnemen tegen zo’n aanstormende cohorte van diffuse individuen.

Als het goed gaat, eet de supporter uit je hand . Hij gedraagt zich voorbeeldig, zo lang er wordt gewonnen. Maar als er wordt verloren, wordt de supporter onrustig. En als er een paar maal achtereen wordt verloren, gaan de eerste stemmen op dat er koppen moeten rollen. Zelf weet het legioen van niets, zoals elke blinde meute van niets weet. Wie op zo’n moment zegt dat alles anders moet, valt in een warm bad en wordt vereerd als een groot leider.

De redder, de verlosser van een bedreigde gemeenschap.

Bij Ajax wordt geëist dat alles weer zo wordt als vroeger. Maar niets wordt weer zoals vroeger. Wie naar Cruijff kijkt, ziet iemand die aan het eind van deze maand 64 jaar wordt. Ik heb geen verstand van voetbal, maar de eis dat het beurs genoteerde Ajax op het veld dezelfde prestaties zal leveren als in de Gouden Jaren, lijkt mij volkomen irreëel. Cruijff zal daar weinig aan kunnen veranderen, ook al gaat Bergkamp alle jeugdopleidingen verzorgen. Alleen een Abramitsj, een Bill Gates of de sultan van Brunei kunnen Ajax nog redden.

de Volkskrant, 1 april 2011. Zie ook voor reacties.