Buck nog een keer
Lang hadden wij niets meer van
hem gehoord, maar ineens stond zijn naam weer in de krant. Alsof een levende
uit de doden was opgestaan. Alsof er een serum tegen vergetelheid was
uitgevonden!
Ik heb het over H.M. Buck, de
"aidsprofessor" uit Eindhoven. Weet u het nog? Elf jaar geleden was
de naam van deze scheikundige niet uit het nieuws weg te denken. Holland
speelde nog een woordje mee, want samen met de Amsterdamse viroloog Goudsmit
had hij een stof ontwikkeld die het aidsvirus onschadelijk kon maken. Was er
een grotere zegen op aarde denkbaar? Na de Europa Cup voor PSV zou nu ook een
Nobelprijs naar Eindhoven komen. Trots meldde het Journaal van acht uur dat het
artikel over het "fosfaatgemethyleerde DNA" van begin tot eind in
Science stond.
Daarna kwam letterlijk de klad
erin. Buck bleek met vervuilde stoffen te hebben gewerkt, zodat de resultaten
bij herhaling nergens meer op leken. Er kwam een rectificatie in
Science, die ook de argeloze Goudsmit meezoog in de trog van de
wetenschappelijke humbug. Humbuck, dat was een van de vele grappen die je toen
hoorde. En er werd ook nog een onderzoekscommissie ingesteld, die een rapport
schreef dat naar de beste KNUB-tradities geheim werd gehouden.
Dus wat wil die Buck nou
eigenlijk nog? Wil hij alsnog aantonen dat zijn middeltje werkt? Wil hij
eerherstel? Wil hij terug op zijn leerstoel? Wil hij de Nobelprijs?
Nee, niets van dat alles. Elf
jaar na dato wil prof. H.M. Buck bij de Raad voor de Journalistiek afdwingen
dat Het Parool een artikel uit 1990 rectificeert, waarin hij door een van zijn
medewerkers werd omschreven als "een Ceausescu compleet met zijn eigen
Securitate". Bij mij dringt zich nu de volgende vraag op: wat gaat er om
in het hoofd van prof. Buck? Elf jaar geleden is zijn afgang breed uitgemeten
en haalde hij zelfs de New York Times. Collega's rolden over hem heen en als
zijn naam genoemd werd, deden ze alsof ze nooit van hadden gehoord. Om Harvard
en MIT werd een cordon geplaatst om Buck voorgoed te weren. Zelden is een
reputatie door eigen toedoen zo geknakt. En waar maakt die Buck zich tenslotte
druk over?
Dat een krant, die in zijn
eigen ogen toch niets anders kan zijn dan een Amsterdams sufferdje, heeft
geschreven dat hij op Ceausescu lijkt. Elf jaar geleden. Zoiets is volstrekt
uniek. Niet zijn werk maar zijn lichaam zou prof. Buck daarom aan de wetenschap
moeten nalaten.
Folia 26, 2 maart 2001 © Max Pam
terug naar de
inhoudspagina
|