Het ongeluk

        Ik ben erg benieuwd hoe het verder zal gaan met Tjerk Westerterp. De laatste jaren was hij uitgegroeid tot het troeteldier van de media. Een aardige man, vrolijk, joviaal, een lachebekje. Hij zag er altijd uit als iemand die net een dozijn oesters met een goed glas wijn had verorberd, maar zijn roem had hij vooral te danken aan de manier waarop hij de minister van Verkeer en Waterstaat belachelijk had weten te maken.
        Ongetwijfeld weet u het nog. Minister Mai-Weggen had voor tientallen miljoenen een aparte carpoolstrook laten aanleggen waarop je slechts mocht rijden als je minimaal met z'n drieën was. En toen kwam Westerterp er aan. Als ik het mij goed herinner, deed hij een beroep op het gelijkheidsbeginsel, of zoiets. In zijn eentje reed hij over de strook. Hij kreeg een bekeuring, liet het voorkomen en incasseerde vervolgens stralend zijn gelijk. Zo belandde een kostbaar ambtenaarlijk idee weer eens op de vuilnisbelt. Dat was lachen.
        Maar nu heeft Westerterp een auto-ongeluk veroorzaakt. Hij ramde frontaal een tegenligger, waarvan de bestuurder zwaar gewond in het ziekenhuis moest worden opgenomen. Westerterp had gedronken. Bij een blaastest bleek dat hij een promillage van 0,65 alcohol in zijn bloed had, waar slechts 0,5 is toegestaan. De kranten brachten het bericht over het ongeluk op een rustige manier, behalve De Telegraaf.
        Ik moet toch maar eens een abonnement op die krant nemen, want niet te ontkennen valt dat je in De Telegraaf vaak dingen leest die je nergens anders tegenkomt. Dat De Telegraaf de zaak direct groot op de voorpagina aanpakte, leek mij wel terecht. Westerterp heeft zo vaak in het Stan Huygens Journaal gestaan dat hij zich niet kan beklagen als er ook aandacht aan hem wordt besteed als het eens wat minder gaat. De Telegraaf was er natuurlijk bij met een kleurenfoto van het ongeluk. We zien daarop de brokstokken van wat eens een rode Seat 127 is geweest. Westerterp reed zelf in Lexus Mercury, een auto die door De Telegraaf wordt omschreven als "een bolide". Westerterp bleef ongedeerd, een aanwijzing dat ook veiligheid in het verkeer klassenbepaald is.
        Hoe zal het nu verder gaan met Westerterp? Wordt hij een Marco Bakker of zal hij kunnen ontvluchten aan de openbare wraakzucht? Een eerste voorwaarde is dat het slachtoffer overleeft. Het slachtoffer mag ook niet zichtbaar invalide blijven, want om in de ogen van het publiek absolutie te kunnen krijgen, moet Westerterp straks met zijn slachtoffer op de foto. Het liefst lachend, kijk maar niets aan de hand. Als dat niet lukt, als er bij voorbeeld een invalidenwagentje aan te pas moet komen, heeft Westerterp een probleem. Dan heeft hij voor hij het weet Willibrord Fréquin achter zich aan, die hem in een wolk van stank zal toeroepen: "Hé, heb je al spijt?". Ik denk trouwens dat Fréquin al gnuivend staat te trappelen om zo'n publicitair meevallertje.
        Het wordt sowieso behoedzaam manoeuvreren voor Westerterp. De theorie van het aangeschoten wild zegt dat het dom is om te ontkennen of excuses te zoeken. Het werkt contraproductief om de cruisecontrole de schuld te geven. De affaire met Marco Bakker heeft ook geleerd dat je niet moet gaan zeuren over het alcoholpromillage. Onmiddellijk toegeven en niet proberen uit te leggen dat 0,65 eigenlijk heel dicht in de buurt zit van 0,50. Tot dusver heeft Westerterp nog geen fouten gemaakt, maar het zal hem niet mee vallen stil te zetten en zich te laten scheren.
        In De Telegraaf las ik dat hij al een paar keer geïnformeerd heeft naar de toestand van het slachtoffer. Dat is onafwendbaar, maar ook gevaarlijk. Jaren geleden ben ik ook eens betrokken geweest bij een ongeval. Van links werd ik geramd door een gehaaste auto, die daarna over de kop buitelde. Ik had niets, maar de bestuurder van de andere auto moest met een plat geslagen gezicht naar het ziekenhuis worden vervoerd. Daar heb ik hem gezocht. Hij lag in bed met een masker voor. Zijn familie zat met betraande ogen om het bed. Nog nooit heb ik de woede van anderen zo lijfelijk gevoeld, terwijl ik toch echt degene was die voorrang had. Eenmaal weer buiten ben ik met gesloten ogen op een bankje gaan liggen om er bij mij in te stampen dat ik mijzelf niets te verwijten had. Naar de man met het masker heb ik nooit meer geïnformeerd.

NRC\Handelsblad, 1 december 2000 © Max Pam


terug naar de inhoudspagina