Entree Anne Frank Huis, Prinsengracht 267, Amsterdam

Tot het Nederlands erfgoed behoort het hoogste aantal weggevoerde joden in Europa


        Mag ik voorzichtig iets zeggen ten gunste van Cor Suijk, de man die voor zeven ton vier velletjes van Anne Franks dagboek aan de Nederlandse staat heeft verkocht? Er hangt rond die verkoop namelijk een enorme hypocrisie en dan heb ik het nog niet eens over de typisch Nederlandse gewoonte om ethisch te willen doen met de portemonnee van een ander. Laten wij eens een paar argumenten doornemen die gebruikt zijn om het gedrag van Suijk te veroordelen.
        Zo heeft minister Hermans volgens eigen zeggen betaald omdat hij niet over zo'n kwestie wilde procederen. Daarmee suggereert Hermans dat de staat de zaak zou winnen, maar te fatsoenlijk was om een procedure in gang te zetten. Ik denk dat de minister hier de waarheid ernstig geweld aandoet en dat hijzelf ook wel wist in een rechtzaak geen schijn van kans te hebben. Vervolgens zou die zeven ton veel te veel zijn geweest. De Volkskrant, altijd objectief, meldde dat zelfs in een kop. Maar Christie's schatte de waarde van op 1,2 miljoen dollar en dat is bijna vier keer zo veel als wat Suijk ervoor vroeg. Er kan geen andere conclusie zijn dan dat de Nederlandse staat de velletjes voor een habbekrats verworven.
        Verder zouden de velletjes behoren tot het culturele erfgoed van Nederland. O ja? Als die vier velletjes iets symboliseren dan is het wel de povere manier waarop Nederland in de oorlog zijn joden heeft verdedigd. Tot het Nederlands erfgoed behoort het hoogste aantal weggevoerde joden in Europa. Het zou bijzonder onsmakelijk zijn wanneer de Nederlandse staat aan dit affront ook nog het moreel recht zou ontlenen op bezit van die velletjes. Weliswaar is het fijn dat het dagboek in zijn geheel bij Oorlogsdocumentatie terecht is gekomen, maar het is ook terecht dat er nu voor delen is betaald. De Nederlandse staat is wel de laatste instantie die hier iets te claimen heeft.
        Dat Suijk heeft geweigerd de velletjes "om niet" over te dragen, daarover doet men erg verontwaardigd. De gasten bij Paul Witteman bijvoorbeeld waren het roerend met elkaar eens dat je niets aan Anne Frank mag verdienen. Daar zit toch iets raars in. Zou Jeroen Krabbé, die jaren geleden Anne Frank bracht als toneelstuk en die intussen de nationale vertolker is geworden van het Anne-Frank-wat-is-het-allemaal-erg-gevoel, zijn acteurs destijds niet hebben betaald? Heeft de decorbouwer toen het decor gratis afgeleverd en heeft de garderobejuffrouw haar kwartjes weer ingeleverd voor het goede doel?
        Hetzelfde geldt voor cineast Lindwer, die ook bij Witteman zat. Jarenlang heeft hij documentaires gemaakt, soms heel goede, zoals die over de Joodsche Raad. Maar hij zal daar toch wel een honorarium voor hebben gevraagd. Hij zag er in ieder geval goed gevoed uit, niet iemand die uit integere motieven in een ton gaat wonen en honger lijdt. Hetzelfde geldt zelfs voor Paul Witteman, bij wie ik toch ook iets van verontwaardiging bespeurde toen het bedrag van zeven ton over de tafel rolde. Maar mijnheer Witteman, u maakt toch ook een uitzending over Anne Frank waarmee u - naar men zegt - aardig wat geld verdient. Het komt toch ook niet bij u op om te zeggen: wat ik voor de uitzending van vanavond krijg, stort ik op de rekening van het Auschwitz Comité. Het zou mooi zijn als Witteman dat een keertje deed, de decorbouwer om niet zijn decor bouwde en de juffrouw van de garderobe met kwartjes de wereld verbeterde, maar niemand mag zoiets van anderen verlangen.
        Bij de overdracht van de vier velletjes werd de naam van Suijk door alle autoriteiten verzwegen. Ach, wat zijn onze autoriteiten toch altijd moedig als het weinig inspanning kost. Toch is het Suijk, en niet Jeroen Krabbé, geweest die de velletjes heeft bewaard en voor vernietiging heeft behoed. Hij heeft ze van Otto Frank gekregen, omdat die de wat minder fraaie kantjes van de werkelijkheid ook liever wilde glad strijken. Dat was al evenmin een daad van heldhaftigheid. Daarom zijn wij Suijk wel degelijk een klein beetje dankbaarheid verschuldigd.
        Suijk stopt het geld nu in een of andere antiholocaust stichting, die Amerikaanse kinderen moet uitleggen wat die Amerikaanse kinderen vermoedelijk al lang weten. Kennelijk is Suijk toch gevoelig voor dat aangepraat schuldgevoel. Een mooi cadeau voor al zijn kleinkinderen was wel zo liefdevol geweest.

NRC\Handelsblad, 16 maart 2001 © Max Pam

Anne Frank Huis met aanhangwagen, Prinsengracht 263 - 267

terug naar de inhoudspagina