Bernie Brillstein: "Het probleem is ook dat de netwerken vol zitten
met de mensen die nooit beslissingen durven nemen. Lafheid is troef
bij de omroepen".
Op Willshire in Beverly Hills, niet ver van
Sunset Boulevard, vindt men het kantoor van Brillstein-Gray Entertainment.
Als de liftdeuren opengaan, ontvouwt zich een marmeren ruimte met in
het midden een vierkante balie. Aan een van de muren hangt een surrealistisch
schilderij. Wij zien een rij mannen, allen keurig in het pak met das,
maar zonder hoofden. Even later, als wij een lange gang zijn doorgelopen,
zitten wij tegenover Bernie Brillstein - 69 jaar, gezet, grijs en baardig,
de oprichter van Brillstein-Gray Entertainment. Ooit noemde hij zichzelf
"de dikke Kenny Rogers", maar dat is niet zijn meest gebruikte bijnaam.
Vroeger heette hij "de koning van Hollywood", tegenwoordig vaker "de
grootvader van Hollywood".
Het Amerikaanse amusement zou ondenkbaar zijn
zonder Bernie Brillstein. Hij werkte voor Elvis Presley en was de personal
manager van onder meer John Belushi, Gilda Radner, Garry Shandling,
Richard Dreyfuss, Danny Aykroyd en Brad Pitt. Hij maakte naam én fortuin
als producent van wereldwijd verkochte televisieseries: Saturday Night
Live, de Muppet Show, Seifeld, Alf en de Soprano's. Ook produceerde
hij met zijn Brillstein Compagny verschillende speelfilms, waaronder
The Blues Brothers en natuurlijk Dangereus Liaisons met Glen Close en
John Malkovich in de hoofdrollen.
Vorig jaar schreef Brillstein samen met copywrighter
David Rensin zijn biografie Where Did I Go Right?, dat de veelzeggende
ondertitel meekreeg: "You're No One in Hollywood Unless Someone Wants
You Dead". Brillsteins boek zit vol joodse humor, wat betekent dat ruzies
en vetes met overtuiging en spot worden uitgevochten. Het is ook een
boek over vrouwen. Over zijn moeder, die hem op haar sterfbed verbood
naar Hollywood te gaan, zodat zijn vader hem apart moest nemen om hem
toe te fluisteren: "Ga! Wil je anders net zo'n mislukkeling worden als
ik". En over zijn eerste maîtresse, een getrouwde vrouw met wie hij
een speciale telefoonlijn onderhield, tot hij een keer een mannenstem
hoorde zeggen: "No. This is Mister Sweethart, you sonofabitch". Ooit
zei hij eens: "Uiteindelijk gaat Hollywood over pussy".
Toen ik deze zomer in Los Angelos was, overwoog
ik dat je nooit weet hoe een koe een haas vangt. Ik belde zijn agency
en hij kwam nog aan de lijn ook. De volgende dag zaten wij in zijn kantoor.
Vanuit zijn vitrine kijkt Kermit de kikker op ons neer.
- In uw boek schrijft u dat het ontdekken van talent eigenlijk uw
belangrijkste bezigheid is geweest.
"Ja, daar gaat het allemaal om. Ik heb nogal
wat geluk gehad, maar in de eerste plaats is het toch een kwestie van
instinct. Je herkent talent of je herkent het niet. Het is niet iets
dat je kunt leren. Als ik naar een theater ga en ik zie een acteur dan
voel ik meteen of het iets is. Het moet ook live zijn. Het is bij mij
ook een fysieke kwestie: ik begin onmiddellijk te zweten. Jim Henson,
dat was mijn instinct, want ik hield helemaal niet van poppentheater.
Hij kwam op kantoor met die poppen en ik zag iets dat mij deed lachen.
Iets tragisch. Ik had toen nog helemaal geen idee dat hij over de hele
wereld beroemd zou worden als het genie achter de Muppets, maar hij
bracht mij toen aan het lachen en dat was goed genoeg voor mij".
- De eerste stand-up comedian die u zag was Lenny Bruce.
"Ja, die vond ik geweldig. Ik zag hem in Carnegy
Hall. Het sneeuwde nota bene die avond en ik ging met mijn beste vriend
naar het theater. Wat me verbaasde, was dat hij de dingen waar ik met
vrienden grapjes over maakte gewoon op de bühne zei. Dat was bevrijdend
en schokkend. Hij had de guts dat te doen. Niemand durfde het. Hij praatte
over homo's, over zwarten, over de Amerikaanse middenklasse. Luid en
bruusk. In 1947, dat was spectaculair. Tegenwoordig mag iedere comedian
smerige taal uitslaan, iedereen mag zich vrij uitdrukken, maar dat kon
toen nog helemaal niet. Al die comedians staan bij Lenny Bruce in het
krijt".
- U schrijft dat het nu eigenlijk allemaal te groot en te massaal
is geworden.
"De verschillen met vroeger zijn inderdaad enorm.
Ik ben in nachtclubs begonnen. Daar kwamen ze allemaal. Sinatra, Ray
Charles, The Surpremes. Tegenwoordig wordt alles in een groot stadion
gepropt met 45.000 mensen. Veiligheidsagenten staan voor je neus. Je
kijkt naar een optreden dat je het beste kunt zien op een groot scherm.
Wat is het plezier daarvan? Het eigenaardige is dat mensen het eigenlijke
optreden helemaal niet meer willen zien, maar dat ze slechts deel willen
uitmaken van de menigte. Dat vind ik verschrikkelijke ontwikkeling".
- Maar uw werk gaat toch ook over geld?
"Helemaal niet. Mijn werk gaat over talent.
Ik probeer wel geld te verdienen, en veel, maar dat is secondair. Geld
is nooit mijn drijfveer geweest. Nooit! Ik ben in de postkamer begonnen
voor 32 dollar per week. Ik ging elke avond naar het theater van het
geld dat ik had gespaard. Ik hield van showbusiness. Later kreeg ik
zo'n visitekaartje dat ik agent was voor William Morris. Geweldig! Je
kwam er nachtclubs mee binnen, voor niets. Je ging naar shows, voor
niets. Je kreeg vrouwen, voor niets. Je maakte deel uit van een grote
illusie".
- In uw boek zegt u: je hebt show en je hebt business.
"Precies! En die moet je scherp uit elkaar houden.
Je kunt een advocaat inhuren om de contracten op te stellen. Daar is
niets aan. Wij vertegenwoordigen Brad Pitt. Wat wij vooral niet in de
eerste plaats moeten doen, is er voor te zorgen dat Brad Pitt zijn geld
krijgt. Heus, ze geven hem zijn geld wel, met bakken tegelijk! Maar
wat wij wel moeten doen, is er voor te zorgen dat hij het juiste script
krijgt. Zorg ervoor dat hij hot blijft als Brad Pitt".
- Richard Dreyfuss is bij u weggelopen.
"Tsja, en nu hij weg is, heeft hij alleen maar
het verkeerde materiaal uitgezocht. Dat is dus zijn probleem. Het is
altijd moeilijk trouw te blijven in deze business. Als iemand je vijf
miljoen biedt en een ander zegt: "Doe dat niet, dat is niet goed genoeg
voor jou", dan moet je sterk in je schoenen staan. Het is heel moeilijk
om vijf miljoen dollar naast je neer te leggen. Het is een subtiele
balans. Je moet echt geloof in iemands talent hebben om hem af te raden
zulke enorme bedragen geld aan te nemen. Trouwens, iedereen vindt altijd
dat er veel te veel wordt verdiend in showbusiness, en dat geldt ook
voor mijzelf!".
- U vertegenwoordigde John Belushi. Zijn drugsgebruik is dodelijk
geweest .
"Ik heb me daar heel lang beroerd onder gevoeld.
Ik was gek op hem. Hij was het jongetje dat altijd alles deed wat niemand
durfde. En hij kwam er ook altijd mee weg, want uiteindelijk moest iedereen
om hem lachen. Hij was een soort Elkerlyk, iedereen herkende zich in
hem. Ik heb vaak gewild dat ik van zijn overmatig drugsgebruik had geweten,
maar ik was toen naïef. Ik had voor die tijd nooit iemand ontmoet die
heroïne gebruikte. Ik was ook totaal verrast toen ik ervan hoorde. Ik
wist alleen dat hij in zijn broek scheet voor naalden, hij was er fobisch
voor".
- Bob Woodward schreef een boek over Belushi, waarin hij een zeer
negatief beeld schetst van Hollywood.
"All President's Men is een geweldig boek, maar
het boek over John is heel benepen. Woodward heeft nooit begrepen hoe
Hollywood werkt. Hollywood is gebaseerd op geld, dat wil zeggen dat
niemand uit zichzelf drugs geeft aan een acteur. Dat doet geen studio.
Als de verzekeringsmaatschappijen daar achter komen, word je film niet
meer verzekerd en kun je het schudden. Denk je nou echt dat de mensen
die John goed kenden - Dan Aycroyd en ikzelf - zouden toelaten dat hij
zichzelf vermoordde? Dat is belachelijk. Woodward heeft me uitgebreid
geïnterviewd maar ik hij geloofde geen woord geloofde van wat ik zei.
Hij had zijn verhaal al klaar: hoe Hollywood John Belushi vermoordde".
"Toen ik zijn boek las, vond ik zeker dertig
ernstige fouten. Dat hij zo weinig feiten gecheckt had, schokte me.
Ik kom er helemaal niet zo slecht vanaf, maar het is zo verkeerd wat
hij schrijft. John zou ook aan de drugs geweest zijn, als hij in Chicago
had gewoond en een zakenman was geweest. Hij was nu eenmaal een excessief
persoon. Het was niet de showbusiness waardoor hij aan de drugs raakte.
Hij gebruikte drugs al lang daarvoor, al toen hij op high school zat.
Ik denk nog vaak aan hem. Ik zat naast de lijkenzak toen zijn lichaam
in het vliegtuig naar zijn geboorteplaats werd vervoerd. Zijn broer
werkt nog steeds voor ons. Een harde werker, een goeie acteur, een beetje
zoals John. Weet je dat John achttien jaar na zijn dood nog steeds hot
is? Daar ben ik wel trots op. Hij is in mijn tv-shows, Animal House
en Saturday Night Live, begonnen met een nieuwe vorm van komedie".
- Nu heb je Jay Leno en Dave Letterman? Wie is beter?
"Leno is een stand-up comedian, die de erfenis
van Johnny Carson heeft overgenomen. Dat is heel moeilijk. Die show
heeft meer dan 25 jaar gedraaid, van 11.30 tot 12.30. Dat is geen televisie
meer, that's habit. Letterman heeft er iets nieuws aan toegevoegd: cynisme.
Maar zijn ratings blijven achter bij Leno, al komt hij dichterbij".
"Ze doen allebei goed wat ze moeten doen, maar
het is heel zwaar. Vijf dagen per week. Oh, my God. Elke avond naar
huis, al repeteren voor de show van morgen en dan valt er een gast uit.
En tenslotte komen er drie gasten, waarvan er twee onverdraaglijk saai
zijn. Verschrikkelijk, alsof je in de hel zit. Maar ze kunnen het. Ze
kunnen het omdat zij in wezen zulke bizarre persoonlijkheden zijn. Letterman
gaat met een vulpen spelen. Dat ga je doen om door de tijd heen te komen.
Jay Leno zou twaalf dagen per week werken als het kon. Na de show gaat
hij nog eens naar de Comedy Store om live nieuw materiaal uit te proberen.
Hij is geboren als een stand-up comedian. Hij is alleen maar gelukkig
als hij grappen kan maken voor een publiek in de zaal. Zo begint zijn
programma ook. De rest is vulsel. Kijk naar zijn ogen. Als een gast
hem verveelt, is er geen focus. Niets".
- De kijkcijfers blijven het grote issue.
"Altijd! Toen ik begon, moest je 35 procent
van de kijkers hebben. Dat was nattevingerwerk en het is nog steeds
nattevingerwerk. Ik wist niet of de Muppet-show het zou doen. Wie wist
dat? Ze vertelden me dat je de Muppet-show vooral niet 's nachts moest
uitzenden. Het heeft tenslotte anderhalf jaar geduurd voordat het aansloeg.
Toen ik in de business kwam, geloof het of niet, werden er 39 shows
per seizoen besteld. Plus13 herhalingen, dat is 52 weken. Daar kon een
producent op draaien. Nu zijn het er 6. Soms zelfs maar 4. Maar geen
enkele show kan zich op die manier bewijzen. Niemand heeft meer de guts
om een show zichzelf te laten ontwikkelen. Dat is heel droevig, maar
de adverteerders willen boter bij de vis".
- Heeft u ooit een slecht geweten gehad over een van uw producties?
"Ik heb genoeg mislukkingen meegemaakt, maar
slecht geweten heb ik niet. Ik geloof in mijn eigen smaak. Ik heb een
geweten, ik heb kinderen en ik heb een familie. Ik heb niet nog meer
geld nodig om op nog grotere voet te leven. Sommige mensen vinden The
Soprano's verwerpelijk. Het is gaat over killing, vinden ze. Nee, het
gaat over mensen die af en toe een moord plegen. Het gaat over relaties.
Ik heb wel shows gemaakt die ver beneden de maat waren, maar dat was
niet opzettelijk. Het werd gewoon niets. Ik heb een show gedaan met
de Zappa-familie. Het resultaat was verschrikkelijk".
- Frank Zappa is een genie.
Ja, maar hij is dood. En die show deed ik met
zijn kids. Ik baseerde het op hun leven, dat heel bizar was. Alleen:
het werkte niet".
- U schrijft dat de netwerken tegenwoordig vooral meer van hetzelfde
willen.
"Natuurlijk willen ze dat. Dat is de reden dat
er tegenwoordig 53 sitcoms (sitiuation comedies) op dezelfde tijd worden
uitgezonden. Die beginnen allemaal in de keuken of in de zitkamer. Eerst
een dialoogje: blablabla, pruttel, pruttel, pruttel. De deur gaat open
en de deur gaat dicht. Ze komen binnen en ze gaan naar buiten. Ze komen
binnen en ze gaan naar buiten. Er zijn wel goed sitcomes, maar de meeste
zijn erg vervelend. Op die manier leid je nooit meer goede tekstschrijvers
op".
- Je hebt nu de hype van de reality-shows. Big Brother is zelfs
een Nederlandse uitvinding.
"Daar heb ik een hekel aan. Ik wil mijn
leven niet leiden als een voyeur. Ik wil geëntertaind worden. Ik wil
die rotzooi niet. Het interesseert me geen bal. Het aanstellerij onder
het mom van werkelijkheid. Ik wil echte mensen zien".
- Heeft u een verklaring voor het succes van Survivor, Big Brother
en dat soort programma's?
"Iedereen is verveeld met al die andere soorten
van televisie. Dat is uiteindelijk de kern. Het is een puur negatieve
verklaring. Hoeveel sitcoms kun je zien? Hoeveel crimi's? Hoeveel politieseries?
Dus als er iets nieuws is, gaat het publiek kijken. Maar uiteindelijk
zegt Big Brother iets over ons gebrek aan creativiteit bij de programmamakers.
Heb je het schilderij gezien dat hier hangt als je binnenkomt? Mannen
in pakken met dassen zonder gezichten. Dat schilderij vertegenwoordigt
voor ons het gevecht dat wij voeren met de netwerken en de studio's.
Dassen maar geen gezichten. Dorheid, gebrek aan creativiteit. Ze gaan
achter iedere hype aan, daar aan herken je ze. Als een reality-show
scoort…iedereen een reality-show. Je ziet op den duur alleen nog maar
programma's waarvan die mensen willen dat je ze ziet".
"Het probleem is ook dat de netwerken vol zitten
met de mensen die nooit beslissingen durven nemen. Lafheid is troef
bij de omroepen. Het enige dat ze willen is hun baantje houden. Ze zijn
bang, want het gaat vaak over veel geld. Dus als iets mislukt, hebben
ze liever dat iemand anders verantwoordelijk is. Een film of een tv-serie
maken kost al snel honderd miljoen dollar. Dan moet je ook nog eens
vijftig miljoen winst produceren. Kortom, je moet een beslissing van
150 miljoen dollar nemen. Als die verkeerd uitpakt, heb je spoedig geen
baan meer. Dus je neemt geen beslissing. Je laat het aan iemand anders
over. Daarom bellen bazen van netwerken ook nooit terug. Ze zijn veel
te bang dat iemand ze herinnert aan hun verantwoordelijkheid".
- Zou u niet u eigen omroep willen hebben?
"Als ik 25 was…ik heb wel mijn een filmmaatschappij
gehad. Dat was fantastisch, maar er kwam een einde aan toen de maatschappij
werd opgekocht door Warner Brothers. Ik vond dat vreselijk. Ik heb mij
er nooit bij neer kunnen leggen. Uiteindelijk heb ik heb mijzelf weer
uitgekocht. Mijn vrijheid terug! Het heeft me miljoenen gekost, net
als bij een scheiding".
- U schrijft: uiteindelijk gaat Hollywood toch over pussy.
"Hahaha! Als je een boek schrijft dan denk je
niet: is dit wel voor honderd procent waar. Het moet ook leuk zijn.
Maar het is waar! Als je in Hollywood rondkijkt, zie je dat de meeste
mannen niet bepaald good looking zijn. Right? Maar de meeste agenten,
producenten, en studiohoofden gaan toch in de business om op de een
of andere manier een aantrekkelijke vrouw aan de haak te slaan. Waar
anders kun je zulke mooie vrouwen te ontmoeten? In Hollywood, basic!
En de vrouwen gebruiken het om vooruit te komen. Wat dacht je? Toch
bereikt slechts een enkeling de top. Ik ken maar heel weinig vrouwen
die via het bed de top hebben bereikt. Ik ken wel heel wat vrouwen die
via het bed halfweg zijn gekomen".
- En zonder humor gaat het niet.
"Nee, zonder humor gaat het niet. Daarom zitten
er ook zo veel joden in het entertainment. Dat is de waarheid. Humor
zit in de genen. Ik heb vijf kinderen, waarvan er twee zijn aangenomen.
Die twee hebben dezelfde opvoeding gehad, maar geen gevoel voor humor.
In ieder geval niet datzelfde gevoel voor humor als die drie kinderen
die mijn genen hebben. Versta me goed. Mijn aangenomen kinderen zijn
aardige, lieve, intelligente kinderen, maar geen gevoel voor humor.
Dat kan je iemand niet leren. Dat lukt niet. Ik heb met leden van Britse
Koninklijk Huis naar een film mogen kijken. Ze lachten precies op de
verkeerde moment en om precies de verkeerde komieken. Het was gewoon
gênant. Maar waar wat kun je er aan doen, als je geen gevoel voor humor
hebt? Hoe leer je iemand een grap te maken? Leg het me uit en ik verover
de wereld. Je bent er mee geboren of niet, ik meen het. Hoeveel mensen
hebben gevoel voor humor? Nou? Heel weinig, vind je ook niet? Daarom
heb ik heb een geweldig leven, ik lach!"
- So, what did you do right?
"Wat ik goed gedaan heb, is te begrijpen waar
ik goed in was. Ik begreep dat ik moest verkeren tussen mensen die me
aan het lachen konden krijgen. Als ze mij aan het lachen konden krijgen,
hadden ze misschien ook de rest van de wereld iets te bieden. Want als
ik de grap begrijp, is er een kans dat ook anderen die zullen begrijpen".
HP\De Tijd, 9 september 2000
|