De eeuw van Euwe
Morgen, op 20 mei, is het honderd jaar gelden
dat Machgielis (Max) Euwe werd geboren. Met recht kan de periode van
1901 tot 2001 de eeuw van Euwe worden genoemd. Euwe is the Greatest,
de grootste Nederlandse schaker uit de geschiedenis. Van Wely heeft
van alle Nederlanders de hoogste rating bereikt, Timman won de meeste
toernooien en was de sterkste van allemaal, Donner had het meeste karakter
en schreef de mooiste schaakverhalen, maar Euwe werd in 1935 wereldkampioen
en dat heeft geen Nederlander hem tot dusver nagedaan.
A.D. de Groot heeft in zijn proefschrift Het
denken van de schaker de persoon van Euwe aldus omschreven: "Een
figuur bij wien dankzij plichtsgevoel en matigheid, schaaksucessen en
regelmatig studieverloop samen gaan". De Groot voegde daaraan toe: "Euwe
is ongetwijfeld een uitzonderingsfiguur, misschien niet in de eerste
plaats als strijder, maar wel als een voor zichzelf onverbiddellijk
en volstrekt rechtlijnig wilsmensch, die zijn groote intellectuele capaciteit
in dienst van het doel vermag te stellen".
Het is een beetje een karikaturaal beeld van
Euwe, gedeeltelijk ook door Euwe zelf in stand gehouden. Alles aan hem
leek zoals de titel van zijn beste boek Oordeel en plan. Ook
met de titel van zijn beroemdste boek Oom Jan leert zijn neefje schaken
heeft Euwe zichzelf neergezet als de grote leraar, de didacticus die
wel weet wat goed voor zijn leerlingen is. Uiteraard was Euwe een geweldige
figuur. Donner die een heilig ontzag voor hem had, sprak hem niet voor
niets aan met: "Grand Maitre, gij Grote en Goede…". Daar was geen centje
ironie bij, want in zijn hele carrière was Donner er nooit in geslaagd
ook maar één partij van Euwe te winnen.
Toch Euwe had ook een andere, minder planmatige
kant. Als FIDE-president opereerde hij als iemand die de regels aan
zijn laars lapte wanneer de situatie dat vereiste. Zo heb ik nog eens
nagelezen wat Euwe schreef in het boek dat hij samen met Jan Timman
publiceerde: De tweekamp Spasski-Fischer 1972. Na al die jaren
is het verslag van Euwe nog even fascinerend. Nog steeds is het bijna
ongelooflijk over wat soort details men toen allemaal ruzie heeft gemaakt.
Er was geen reglement of het werd anders uitgelegd. Midden in de Koude
Oorlog stonden Russen en Amerikanen tegenover elkaar. Spasski was het
middelpunt van een wantrouwig Russische delegatie die stoelen wilden
demonteren omdat men dacht dat er zendapparatuur in verscholen zat.
Maar men vond alleen een dode vlieg. En dan had je Fischer, die niet
kwam en toen hij eenmaal wel gekomen was weer wilde weglopen. Euwe heeft
toen al zijn diplomatieke gaven in de strijd gegooid, waarbij regels
eigenlijk niet meer golden. Dat het hem gelukt is Fischer en Spasski
meer dan twintig partijen aan de schaaktafel te krijgen, mag een klein
wonder heten. Lodewijk Prins heeft Euwe later terecht "de Adenauer van
de schaakwereld" genoemd.
In verschillende opzichten is Euwe nooit de
brave Hendrik geweest waarvoor de buitenwereld hem graag hield, en dan
heb ik het nog niets eens over een zekere aantrekkingskracht die Euwe
als beroemd wereldburger had op vrouwen. Een paar keer heb ik Euwe van
nabij meegemaakt, zoals op het feestje dat voor zijn 75ste verjaardag
werd gevierd in de Doelen. Zijn ouderdom had zijn gevoel voor humor
nog droger gemaakt en zijn toespraak herinner ik mij als bijzonder geestig.
Wel realiseerde ik mij dat Euwe voor mij een verschijning was uit een
andere tijd. Op dat feestje werd hij namelijk zeer hartelijk begroet
door J.J. Mol, die als tweede piloot op de Uiver aan de Melbourne Race
had meegedaan. Daar stonden twee vrienden als levende legendes op het
podium.
Twee keer heb in Euwe uitvoerig geïnterviewd.
Hij was niet iemand die graag uit de school klapte, maar soms vertelde
hij de ene anekdote na de andere. Zo vroeg ik hem naar zijn debatten
met Botwinnik, die een geharnaste communist was. In een artikel over
het toernooi van Nottingham 1936 had Botwinnik had namelijk dit geschreven:
"Opeens toonde de plaatselijke kampioen van Nottingham zijn foxterriër,
die er uitzag alsof hij zo uit de pagina's van Jerome K. Jerome was
weggelopen. Ik zei tegen die man: 'Wij hebben niet zo veel van die honden
in de Sovjet-Unie', waarop Euwe ertussen kwam met de opmerking: 'Natuurlijk
niet, jullie hebben die honden al lang opgegeten'".
Een klein hatelijkheidje waarop Euwe zo terugkwam:
"Botwinnik is één van mijn beste vrienden. Wij discussiëren altijd over
politiek, dat is heerlijk. Als je zegt: 'Dat is toch beter bij ons,
dan antwoordt hij altijd: 'Ja, maar je moet maar eens over twintig jaar
komen kijken'. Botwinnik heeft een soort gevoel voor humor, dat zelfs
wel eens in het dictatoriale Rusland slecht valt. Ik zeg tegen hem:
'Dat is niet zo mooi, hè, dat Taimanov moeilijkheden had toen hij Rusland
binnenkwam met het Kankerpaviljoen van Solzjenitzin in zijn koffer'.
Zegt Botwinnik: 'Maar weet wat erger is? Solzjenitzin had het boek van
Taimanov over het Nimzo-Indisch in zijn koffer'".
De komende tijd zullen er verschillende schaakevenementen
plaats vinden ter ere van Euwe's honderdste geboortedag. Zo zal Hans
Böhm vandaag nog in Groningen de Euwe-ring doorgeven. In het gebouw
van de Gas-Unie wordt bovendien een kleine tentoonstelling gehouden
met de titel: De eeuw van Euwe. Tenslotte wil ik niet onvermeld
laten dat het voortbestaan van het Max Euwe Centrum in Amsterdam voorlopig
werd is gewaarborgd. Het Centrum - gelegen aan het Max Euwe Plein, even
voorbij de J.H. Donner Brug - kreeg plotseling van WPM-Vastgoed Management
te horen dat de huur met 250 procent zou worden verhoogd. Dat zou het
einde van het Max Euw Centrum hebben betekend aan het Max Euwe Plein.
Het grondbedrijf van de gemeente heeft echter een stokje gestoken voor
de plannen van WPM door vast te houden aan het oorspronkelijke bestemmingsplan
dat zegt dat deze plek gereserveerd moet blijven voor culturele activiteiten.
Bravo voor het Grondbedrijf!
Tenslotte wil ik Euwe eren met een partij. Maar
welke? De parel van Zandvoort, die partij waarin hij Aljechin met een
stukoffer van het bord veegde, kent u natuurlijk allemaal. Daarom zocht
ik wat anders uit.
Botwinnik-Euwe (Hastings '34)
1. c2-c4 c7-c6 2. e2-e4 d7-d5 3. e4xd5 c6xd5 4. d2-d4 Pg8-f6 5. Pb1-c3
Pb8-c6 6. Lc1-g5 e7-e6 7. Pg1-f3 d5xc4 8. Lf1xc4 Lf8-e7 9. 0-0 0-0 10.
Ta1-c1 a7-a6 11. Lc4-d3 h7-h6 12. Lg5-e3 Pc6-b4 13. Ld3-b1 b7-b5 14.
Pf3-e5 Lc8-b7 15. Dd1-d2 Tf8-e8 16. f2-f4 Pb4-d5 17. Pc3xd5 Dd8xd5 18.
f4-f5 Le7-d6 19. f5xe6 Te8xe6 20. Lb1-f5 Te6-e7 21. Lf5-h3 Ld6xe5 22.
d4xe5 Dd5xe5 23. Le3-f4 De5-d5 24. Dd2xd5 Pf6xd5 25. Lf4-d2 Ta8-e8 26.
b2-b3 Te7-e2 27. Tf1-f2 Pd5-f6 28. Ld2-a5 Te2xf2 29. Kg1xf2 Pf6-e4+
30. Kf2-f1 Pe4-g5 31. Lh3-d7 Te8-e7 32. Ld7-f5 Te7-e5 33. Lf5-b1 Lb7-e4
34. Lb1xe4 Pg5xe4 35. Tc1-c6? Te5-f5+! 36. Kf1-e1

Of: 36. Kg1 Tf2 37. a4 Tb2! Met winst.
36. … Tf5-f2 37. a2-a4 Tf2xg2 38. Tc6xa6 b5xa4 39. b3xa4 Tg2xh2
40. Ta6-a8+ Kg8-h7 41. La5-b6 Th2-a2 42. a4-a5 h6-h5 43. a5-a6 h5-h4
44. a6-a7 h4-h3 45. Lb6-g1 Pe4-f6 46. Ke1-d1 Pf6-g4 47. Ta8-e8 h3-h2
48. Lg1xh2 Ta2xa7 49. Lh2-b8 Ta7-a8 50. Te8-d8 Pg4-e5 51. Lb8-c7 Ta8xd8
52. Lc7xd8 Kh7-g6 53. Kd1-e2 Kg6-f5 54. Ke2-e3 Kf5-g4 55. Ld8-c7 Pe5-f3
56. Ke3-f2 f7-f5 en wit gaf op.
Nottingham kreeg Euwe, nu met wit, een paar
maanden later nog een kans om Botwinnik te verslaan.

49. Ke2-f3 b5-b4?
Juist was 49. … a5!
50. e4-e5 Pf6-d7 51. Kf3-e4 Kf7-e6 52. h5-h6 Pd7-f8 53. Ke4-d3 Ke6-d5
54. e3-e4+ Kd5-c6 55. Kd3-c4 a6-a5 56. e5-e6?
Opluchting bij Botwinnik, want 56. Kb3! gaf wit enorme winstkansen.
56. … Kc6-d5 en remise gegeven met het oog op 57. Lg7 Ph7 58. e7 Ke7x
59. Kc5x Kf7 60. Kb5 Kg6 61. Ka5x b3 62. Ka4 b2 en er is niets meer.
Het Parool, 19 mei 2001
|