De correspondent, zet hem op!

Columns

Deze week ben ik voor zestig euro “lid” geworden van de Correspondent, de online-krant van Rob Wijnberg. Waarom ik lid ben en geen abonnee is mij niet helemaal duidelijk. Lid ben je van de padvinderij of van sociëteit De Kring, je bent dus lid van iets dat naar gezelligheid en saamhorigheid riekt. Maar okay, ik wil geen kniesoor zijn.

Toen ik mijn betaling verrichtte, waren zo’n drieduizend andere leden mij voorgegaan. Op het moment dat ik dit stukje schrijf, staat de teller op11.636. Maar Wijnberg en de zijnen willen pas echt beginnen als er vijftienduizend leden zijn. Zij hebben 77,6% van hun doel bereikt, met nog 26 dagen te gaan. Dat moet lukken, zou je zeggen, al kalft de aanwas de laatste dagen wat af. *) Logisch, want je krijgt niet elke avond gratis zendtijd van De Wereld Draait Door.

Nu sta ik niet kritiekloos tegenover het journalistieke opvattingen van Wijnberg, maar ik vind dat elk nieuw initiatief op dat gebied moet worden gesteund. Destijds ben ik ook lid geworden van Opinio, een blad dat nog van de eerste tot de laatste letter uit papier bestond. Net als bij de Correspondent dachten ze het zonder advertenties af te kunnen. Serieuze stukken, daar ging het om, zelfs een plaatje was uit den boze. Helaas werd Opinio opgeheven zodra ik mijn abonnementsgeld had overgemaakt. Nooit één nummer ontvangen! Ik neem aan dat entrepreneur Roel Pieper, die eigenaar was van dat blad, mijn abonnementsgeld geruisloos heeft laten opgaan in het faillissement.

Wijnberg

Maar ik neem de gok dat zoiets niet gaat gebeuren bij de Correspondent. Ik gok er ook op dat Wijnberg, door ervaring wijzer, zal terugkomen op een paar van zijn wereldvreemde ideeën. Een beminnelijk warhoofd, vind ik hem, en alleen al  daarom zou ik het leuk vinden als zijn experiment levensvatbaar blijkt te zijn. Wel ziet Wijnberg te veel neer op het gewone nieuws en heeft hij te hoog gestemde ideeën over wat hij “voorbij de waan van de dag” noemt. Bijna niemand kan voorbij aan de waan van de dag, tenzij je als een kluizenaar in een donkere spelonk gaat wonen. Het lagere voedt het hogere, en elke achtergrond en duiding valt weg als je niet eerst weet wat het voetvolk uit de modder heeft getrokken.

Het is goed dat Wijnberg voor zichzelf is begonnen, want als ik Peter Vandermeersch was geweest, had ik Wijnberg destijds ook ontslagen als hoofdredacteur van NRC.Next. Het is vragen om moeilijkheden als je voorbijgaat aan Prinsjesdag of aan de verkiezingsuitslag en in plaats daarvan de konijnenplaag in Australië of het watertekort in Oezbekistan op de voorpagina zet. Belangrijke zaken allemaal, die ons aan het denken zetten over hoe de wereld in elkaar zit, maar gepaster voor een ander moment.

Toch kan verdieping in het journalistieke denken niet genoeg worden toegejuicht. Er moet ook een andere weg zijn om lezers te behouden en aan te trekken dan door popularisering. Frank Poorthuis had als droom om van HP/De Tijd een kruising van Slate, The Huffington Post en The New York Review of Books te maken. Dat is jammerlijk mislukt, maar die kant moet het wel uit, wil Wijnberg zijn ambities waar maken.

Wel is het innerlijk tegenstrijdig dat Wijnberg de Correspondent heeft gepresenteerd aan de hand van bekende Nederlanders: Femke Halsema, Henk Hofland, Arnon Grunberg, Jeroen Smit en nog een paar anderen. Mij lijkt het inderdaad verstandig je onderneming zo in de markt te zetten, maar de waan van de dag is dan toch niet eens zo heel ver weg.

Niettemin: Rob Wijnberg, succes en zet hem op!

Het Parool, 23 maart  2013

*) Inmiddels is de 13.000 al weer gepasseerd.