Correspondentie

Maar meneer...
postmaster@maxpam.nl

Pam & Bloem

Diep in z'n kruis getast heeft de heer Pam zich (wederom) laten verleiden tot feitelijke onjuistheden, deze keer in de bespreking van het nieuwe boek van Marion Bloem, Games4Girls (HP/De TRijd, 2 maart). Op elke achterflap van haar romans kun je lezen dat de schrijfster nog geen vijftig jaar is. Om haar dan toch ver over die leeftijd te schuiven en te suggereren dat haar fraaie en eeuwige jeugd uit een 'Blechtrommeltje' komt, geeft een interessante visie op de psyche van de heer Pam. Het lijkt erop dat hij verwordt tot een oude, afgunstige man die moeite heeft om snelle multimediale ontwikkelingen bij te houden. Met nu als resultaat een flauw geschreven recensie; zo worden metaforen letterlijk geïnterpreteerd en speelt de heer Pam vrijwel voortdurend op de persoon. De nieuwe roman van Marion Bloem is inderdaad één groot internetfeest. Het siert Marion Bloem dat zij een originele, humoristische, boeiende en creatieve integratie van romanschrijvenen internet tot stand heeft gebracht. Van een literatuurcriticus mag je als lezer verwachten dat hij zijn huiswerk goed doet, met enige literaire distantie een boek bespreekt en meer debiteert dan z'n maandagochtendhumeur.

Willem Fonteijn, Eersel

Date: Thu, 15 Mar 2001 02:42:51 -0800 (PST)
From: britta dolores aguirre
Subject: gefeliciteerd
To: stories@xohra.nl
Cc: postmaster@Maxpam.nl


Dag dames,

Tsja, wat moet ik zeggen. Ik heb jullie website gezien, gisteren alweer, maar ik voel me nog altijd brak door de herinneringen aan het gebodene. Waar denken jullie dat je mee bezig bent? Postmoderne poëzieboekjes voor stoute meisjes op het web? Een awareness-project voor woordblinden, dyslectici en spellingsquerulanten? Het lijkt alsof geen van jullie een zin of twee onder elkaar kunnen schrijven zonder, naast een hele trits spellings- en syntaxisfouten, er tussen de regels een fatale dosis karakterfouten in te smokkelen. Alles moet zonodig zo exotisch, zo gewaagd, zo modern dat het er truttig van wordt. Hoe langer zich jullie teksten (zeg maar gerust lullappen) strekken, hoe meer ze gaan kieren, en tussen de kieren door sijpelt een bedompt sapje van talentloosheid, gefrustreerde zwangerhonger en taalhaat. De fantasiewereld van een zootje Meppelse atheneumtrutjes die zich literatuur wanen te schrijven.
En dan dat kinderachtige gezeik over Max Pam. Ik denk dat jullie je doel voorbij schieten met jullie scheldpartijen op je website. Ik wist dat hij ook een site had, maar ik had al lange tijd niet meer gekeken, omdat ik niet veel om schaken geef. Jullie gekneusde gifpijltjes maakten me nieuwsgierig en daarvoor moet ik jullie bedanken.
Hilarisch!
En het is tekenend voor jullie ontalent en peilloze humorloosheid dat jullie er niks beters tegenover kunnen zetten dan die paar kutgeintjes waarmee jullie in je eigen poezenvoetjes schieten.
Wat een gezever zeg, de "paternalistische" reactie, de erfvijand van de vrouwenliteratuur. Er staat me iets van bij dat toen het vorige boekje van het "multi-talent" Marion Bloem allerwege werd afgerecenseerd, de bekende sex- en drugsdokter Wolffers voor de radio ging uitleggen dat de Nederlandse literatuurkritiek racistisch was. Daar hoor je in deze tijd van transculturele succesuitgaven als die van Yasmine Allas (allochtoon én vrouw én talent!) en andere allochtone schrijvers niet zoveel meer van.
Ook veelbetekenend was de manier waarop la Bloem zich uit de voeten maakte voor de camera's op het boekenbal. Moest van de zenuwen zeker nodig naar de kattenbak. Die moeten jullie trouwens eens schoon maken, die kattenbak. Hij begint te meuren.

Xohra's Text Factory, Ha! Een sociale werkplaats voor sektarische woordblinden.

Vriendelijke haal over jullie smoelen,

Dolores

***

HP/de Tijd: 03-03-2001
rubriek: Brieven

Pam, Zwagerman & ik

        Max Pam is een even oorspronkelijke als ijverige literatuurcriticus; alleen daarom al is het jammer dat maar zoweinig mensen hem serieus nemen. Om ondoorgrondelijke redenen heeft hij van meet of aan een afkeer gehad van mij, van mijn schrijfsels en van het televisieprogramma Zeeman met boeken. Ondoorgrondelijk totdat hij, na lang leuren, een paar jaar geleden gedurende enkele weken eindelijk zelf een televisieprogramma mocht maken dat min of meer over boeken ging. Toen ik dat een keer gezien had, begreep ik waar zijn superioriteitsgevoel op stoeide. Sedertdien onderga ik zijn schimpscheuten deemoedig.
        Maar nu hij over mijn geplaagde rug heen onzin debiteert over mijn trouwe vriend, verstout ik mij hem tegen to spreken - met alle risico's van dien. In zijn recensie van Zwagermans Landschap met klein vuil (HP/DeTijd, 23 februari) suggereert hij dat Zwagerman laf zou zijn en zich zou hebben laten beteugelen door de lange arm van de Volkskrant, de krant waar Max Pam ooit zulke onvergetelijke columns voor schreef. Dat de kwaliteit daarvan ook werd miskend, stemt tot op de huidige dag verdrietig.
        Het draait allemaal om de kostelijke parodie die Zwagerman twee jaar geleden schreef op mijn televisieprogramma en die hij als column inleverde bij de Volkskrant, maar even later weer terugtrok. De column zou voor niemand te lezen zijn, voor de lezers van de Volkskrant niet en voor de lezers van Zwagermans boek opnieuw niet.
        Als Max Pam iets beter had opgelet of iets meer tijd had besteed aan zijn huiswerk, zou hij geweten hebben dat die column indertijd onverkort in het Algemeen Dagblad heeft gestaan. Dan zou hij bovendien geweten hebben hoe moedig die column van Zwagerman juist was: hij nam daarin niet alleen mij op een onovertroffen wijze op de hak, maar ook zijn chef bij Vrij Nederland, Xandra Schutte. De aanleiding daarvoor was dat wij in dat programma een boek van Zwagerman iets minder goed hadden gevonden dan hij het zelf vond.
        Niks censuur, niks lafheid, niks lange arm. Maar Max Pam heeft het druk en dan wil het elementaire huiswerk van de literatuurcriticus er wel eens bij inschieten.

Michaël Zeeman, Amsterdam

Naschrift Max Pam:

        Wat een vernederend werkje voor Michaël Zeeman om zo'n brief te moeten schrijven! Eerst denkt de redactie van de Volkskrant je te helpen door dat parodistische stukje over je te weigeren en tenslotte moet je zelf gaan uitleggen dat datzelfde stukje ooit eens in het Algemeen Dagblad heeft gestaan. Een poets door een trouwe vriend gebakken.
        Als ik Zeeman goed begrijp heeft Zwagerman zijn column "ingetrokken", omdat die "voor niemand te lezen zou zijn, voor de lezers van de Volkskrant niet en voor de lezers van Zwagermans boek opnieuw niet".
        Hahaha!
        Dat stukje van Joost heb ik teruggevonden (AD, 24-12-'98) en ik moet zeggen dat het voor iedereen perfect te lezen is, zelfs voor de lezers van de Volkskrant - hoe dom ook - en zelfs voor de lezers van Zwagermans boek. Dat boek heette trouwens Chaos en rumoer. Bij de introductie in zijn programma hield Zeeman het werkje van zijn trouwe vriend omhoog en zei: "Dit is een erbarmelijk boek".
        Vervolgens deed Zwagerman wat terug met enkele "vrolijke grapjes over Zeeman", maar die werden door de hoofdredactie van de Volkskrant uit de krant gehouden. Tegenover het Algemeen Dagblad zei Zwagerman nog: "Ik heb van bevriende columnisten begrepen dat je pas bij de tweede keer moet opstappen".
        Alles bij elkaar is het grappig te zien hoeveel woorden Zeeman nodig heeft om een mistwolk over het boek van Zwagerman te blazen, en dat terwijl het niet eens gestolen is.
Tenslotte nog dit: de column van Zwagerman heeft niet alleen in het Algemeen Dagblad gestaan, maar ook op de site van Theo van Gogh. Ook dat was me kennelijk ontgaan, maar daar valt het alsnog te lezen.

Max Pam

Antwoord Joost Zwagerman:

        In deze rubriek noemde Michaël Zeeman mijn eertijdse column over zijn programman 'Zeeman met Boeken' 'een kostelijke parodie'. Dat heeft hij goed gezien, en ik heb grote waardering voor Michaëls sportiviteit als hij royaal beweert dat ik hem in die column 'op onovertroffen wijze' op de hak heb genomen. Nog helemaal op vleugels van enthousiasme blijkt Michaël de aanleiding voor die column niet helemaal goed te hebben onthouden.
         Medio 1998 spraken twee medewerkers aan 'Zeeman met Boeken' over Michaëls kennelijke gevoelens van rancune en vendetta. Oud-panellid Nelleke Noordervliet: 'Het programma van Michaël Zeeman zorgt voor beroering als de presentator een boek tot de grond toe afbrand (...). En als daar ook nog een persoonlijke vendetta bij komt kijken is het tableau compleet.' Huidig medewerker Xandra Schutte: 'Wanneer Michaël zo boosaardig is, dan is daar door de panelleden niets tegenin te brengen.' Omstreeks diezelfde tijd signaleerden Elsbeth Etty en Frits Abrahams onafhankelijk van elkaar in 'NRC Handelsblad' eveneens dat Michaël over de hoofden van kijkers en panelleden soms het beslechten van een persoonlijke vete verwarde met het vellen van een literair oordeel. Abrahams beschuldigde Michaël zelfs van machtsmisbruik en macchiavellisme. Deze uitspraken waren genoeg aanleidingen om een milde column over het programma te schrijven.
         Rest de vraag waarom ik de 'onovertroffen' column niet heb opgenomen in mijn boek 'Landschap met klein vuil'. Ik heb in de loop der tijd tientallen columns voor 'de Volkskrant' geschreven. Bij het maken van een selectie bleken sommige nóg onovertroffener dan die over 'Zeeman met Boeken'. Nu echter blijkt dat Max Pam de column node heeft gemist in mijn boek en dat Michaël er zulke fijne momenten aan heeft beleefd, zeg ik beiden toe dat de column alsnog een plaatsje krijgt ingeval ik eens een tweede bundeling van klein vuil zal samenstellen.

Joost Zwagerman

***

09-07-2000

Geachte heer Pam,

Met interesse volg ik uw verrichtingen op AT5 en in het NRC. Een week of twee geleden zag ik u fietsend voor ons huis voorbijkomen (ik woon op de Willemsparkweg). Over het algemeen zijn de dingen die u doet niet onaardig, maar in het artikel in het NRC van 23 juni sloeg u de plank volledig mis (onder het kopje 'te koop'). De berichtgeving in de pers was unaniem positief, tot uw stekelige column verscheen. Normaalgesproken gaat dat langs me heen, maar wanneer er onjuistheden in staan, voel ik me altijd geroepen om er iets aan te doen.
Laat ik puntgewijs reageren. Op 8 juni jl. organiseerden wij in de ArenA een bijeenkomst over Coachend Leiderschap met als sprekers 4 managers (Pieper, Cerfontaine, Legro en Stekelenburg) en 4 coaches (Van Hanegem, Mueller, Thate en Verhaeren). Mart Smeets kondigde de sprekers aan en leidde de paneldiscussie. Cruijff was de belangrijkste spreker en sprak ruim een uur. Het feit dat de conferentie in de ArenA plaatsvond en niet in een van de zalen had te maken met het aantal deelnemers. De ArenA heeft geen zaal met een capaciteit van 400 mensen, bovendien vond het seminar 2 dagen voor de start van Euro2000 plaats en waren de zalen reeds ingericht voor en geclaimd door Euro2000. Maar de setting was trouwens schitterend. Mensen zaten lekker in de buitenlucht (het dak was open) en het was prachtig weer. Vanuit hun business seats konden ze de conferentie prima volgen.
We hebben gebruik gemaakt van de schermen van de ArenA - niet omdat het zo imposant is - omdat wij beelden wilden laten zien van de coaches, sportfragmenten dus. Daar heb je nu eenmaal een scherm voor nodig. Bovendien waren er sprekers die graag wat 'plaatjes' (Powerpoint) wilden laten zien. Dergelijke beelden verlevendigden de conferentie. Op conferenties worden ze zeker niet standaard gebruikt!
Uw observatie van Mart klopt niet. Hij was die middag zeker niet ongelukkig. Hij 'droeg' deze middag. En de pret vonkte ervan af. Wanneer u de videobeelden terugziet, zou u niet anders kunnen concluderen. De foto is genomen tijdens de presentatie van Cruijff en Mart luisterde waarschijnlijk of concentreerde zich op de vragen en of discussie die daarna zou volgen. In ieder geval vindt hij dit seminar zo'n beetje het aardigst om te doen (ook vorig jaar organiseerde wij een dergelijke conferentie met Cruijff en Smeets). Hij doet zeker geen dingen die hij niet wil doen. "Mart is bezig dertig, veertig duizend gulden voor een dagje presentatie te incasseren" is stemmingmakend en volledig naast de waarheid.
Om een beter beeld te krijgen van het seminar is het misschien verstandig om de Volkskrant van 9 juni er nog eens op na te slaan. Hoewel ik me realiseer dat u dingen waarschijnlijk wat aandikt om een leesbaar stukje te schrijven, zal ik voortaan toch met een andere pet uw stukjes lezen - als ik ze nog ga lezen.

Met vriendelijke groet,

Hans Groen
Focus Conferences BV

***

13-03-2000

Subject: Ja ik wil ook zo'n leuk kittig boekje

Geachte heer Pam,

Vind (sic!) u het echt zo nodig om week in week uit een jonge schrijfster/journaliste/filosofe op de hak te nemen? Bent u misschien bang dat uw positie van gearriveerde, blanke, mannelijke mediapersoonlijkheid wordt belaagd door een vertegenwoordigster van de trans-culturele ecriture feminime?

Och, wat vindt u het toch leuk om haar stijl te parodiëren, zonder in te zien dat u uzelf belachelijk maakt. Elke week zijn de lezers van de Volkskrant getuige van de geboorte van de renaissance van het Nederlands. Mourali ontdoet onze taal van de spruitjesgeur en bereidt ons een gedurfd gekruide taal-couscous. De observaties die Chazia ons wil mededelen laten zich nu eenmaal niet vangen in het conventionele Nederlands van u en uw mannelijke collega's. Het volstrekt eenmalige, unieke mengsel van haar identiteiten en persoonlijkheden vereisen een onalledaags gebruik van de taal. Dat u dat aanziet voor taalverkrachting, is toch echt te wijten aan uw onvermogen om genie te herkennen.

Maar stuurt u mij toch maar een boekje, bij mij kan het tenminste geen kwaad uitrichten.

P. Bosland

***

Subject: Ja, ik wil ook die heftige gedachten tot mij nemen!

Weet u wel dat Ellen ten Damme een ongelooflijke aantrekkelijke vrouw is die ook heel lekker kan koken ?

Jeroen Henneman

***

12-02-2000

Bah!



***

01-02-2000

Geachte heer Pam,

Ik was op reis, vandaar deze late reactie op uw columns over Veghel.
U haalt nogal uit naar Trouw, vanwege de 'gereformeerdheid' en dus 'lafheid' van de berichtgeving. Jammer dat u mijn krant niet beter leest, dan zou u weten dat er veel diverser over heikele onderwerpen geschreven wordt dan u beweert. Sinds zeven jaar schrijf ik columns in Trouw, en graag tegen het multiculturele gezever.
Ik heb Semitische talen & culturen gestudeerd, dus ben altijd al wat meer dan gemiddeld op de hoogte geweest van de wreedheid en achterlijkheid van wat wij hier krampachtig als onze gelijken importeren. Ik ben zo vrij een paar columns te sturen van het afgelopen jaar. Maar ook die van zeven jaar geleden zijn van deze strekking, alleen was dat toen nog geen usance onder 'weldenkenden'. In die tijd heb ik diverse aanvaringen gehad met anti-racisme-clubs.
Allemaal gewonnen.
Maar wat ik schreef heeft verder nooit een reet uitgemaakt.
De blinde wals van de Koks, Patijns en de Adelmunds rolt gewoon door.

Met vriendelijke groet,
Selma Schepel.

Trouw Column 26-11-1998.

Vorige week kwam een promovendus met een conclusie die onder het publiek in de grote steden allang bekend was: hun eigen cultuur is bevorderlijk voor de relatief zeer hoge criminaliteit onder Marokkaanse mannen. Nu een geleerde het opschrijft, mag het eindelijk gezegd worden. Kennelijk hebben Nederlanders zulk gezag nodig om te mogen verwoorden wat velen wisten maar weinigen durfden te zeggen, met het gevolg dat problemen doorziekten en doorgroeiden. Dat er nog veel meer wetenschappelijk onderzoek moge volgen!
Want er zijn nog ettelijke van die publieke geheimen die zulke steun kunnen gebruiken. Het verplaatsen van stammenstrijd, georganiseerde misdaad en godsdienstoorlogen naar Nederland bijvoorbeeld.
De tijd dat de multiculturele samenleving de Nederlanders als een heerlijke nieuwe verworvenheid door de strot werd geduwd is gelukkig voorbij. Voor veel oorspronkelijke bewoners van immigrantenwijken was dat van een grote onechtheid, die door mondsnoerende opmerkingen van mensen als Wim Kok over 'verkeerde onderbuikgevoelens' tot grote onrechtvaardigheid werd.
Slachtoffers van beroving, inbraak en mishandeling, die negatieve geluiden lieten horen, werd 'vooroordeel' verweten, terwijl zij uit ervaringsoordeel spraken, wie het waagde om niet mee te juichen, werd gauw in de hoek van de racisten gezet.
Dat wegduwen van kennis, dat oogkleppengedoe heeft zo lang door kunnen gaan dankzij onze christelijke inborst. Eeuwenlang is Nederland doordrenkt door het geloof dat alle mensen voor God gelijk zijn, dat wij een grote, ondelgbare persoonlijke schuld hebben, zondig zijn, stof. Werken in het zweet des aanschijns, en je nederig tonen, dat redt misschien nog iets.
Gisteren werd die houding op pagina 10 nog treffend samengevat in het zinnetje 'in ootmoedigheid de ander uitnemender betrachten dan onszelf'. Al zijn veel mensen niet meer christelijk, die ondergrond vormt nog steeds een emotionele brij die het handelen aanstuurt. Nederlanders doen graag aan liefdadigheid, en heimelijk geeft dat een zeer goed gevoel. Wij huisvesten de vreemdeling, doen dus aan de minste van Zijn broeders als aan Hem. Waarom stellen de kerken anders zo opvallend braaf hun deuren open voor asielzoekers, slaan ze zich op de borst met voorbeeldige acties? Waarom doen moskeën dat niet? Dat laatste zou logischer zijn, aangezien de meeste asielzoekers van dit moment uit mohammedaanse landen komen. Nee, christelijk
schuldgevoel, en islamitische culturen van eer en schande, die per definitie elke schuld buiten zichzelf, buiten de familie of de stam zoeken, passen als stekker en stopcontact in elkaar. Het schuldgevoel dat minister Pronk in zijn vorige functie zo graag promootte: dat wij door onze koloniale schuld uit het verleden verplicht zijn aan ontwikkelingslanden, past weer als dekseltje op het potje van de ongerechtigheid der vaderen die aan het derde en vierde geslacht bezocht zal worden. Dus slooft men zich uit voor mensen die, naar steeds meer bewezen wordt, op grote schaal misbruik maken van wat Nederlanders zelf hun mooie trekjes vinden. En ontbrandt zelfs in heilige verontwaardiging als er halt geroepen wordt aan de ongebreidelde import van
asielzoekers die zo rijk zijn dat ze vliegtickets en mensensmokkelaars kunnen betalen.
Een fraaie illustratie vormt een uitspraak van minister Cohen maandag over de asielzoekerkwestie dat het voor een deel gaat om 'een discussie tussen twee partijen van doven. Aan de ene kant staat De Telegraaf, aan de andere kant Trouw. Wat bij de een voorpaginanieuws is, staat bij de ander op pagina negen. Beide partijen zouden meer naar elkaars standpunt moeten luisteren'.
De Telegraaf is ergerlijk uit oogpunt van goede smaak en in de wetenschap dat het beleid van die krant is berichten zo sensationeel mogelijk door te geven. Trouw is ergerlijk vanwege die christelijke braafheid, dat verzwijgen en vergoelijken van harde feiten. Al te goed is intussen al te duidelijk buurmans gek.

Selma Schepel.

***

13-1-2000

Beste mijnheer Pam,Mijn complimenten over de manier waarop u, Henneman en van Gogh in het programma De Woestijn Leeft het resultaat van de recente vernieuwing van het Museumplein aan de orde stellen. Net als andere correspondenten heb ik aan de ene kant genoten van het vlijmscherpe cynisme, maar aan de andere kant ook getreurd om deze geldverspilling. Welke aannemer, laat staan opdrachtgever, laat toe dat werkelijk alles net niet goed wordt gebouwd, aangelegd of gegraven.

Natuurlijk, tegenwoordig moet alles goedkoop en snel, en wordt er bovendien minder belang gehecht aan de degelijkheid en eeuwigheid van openbare bebouwing. Iets mag tegenwoordig dus stuk gaan, niet te snel natuurlijk, maar stuk mag het want over een jaartje of twintig moet het toch weer anders. Wat mij echter bijzonder stoort is dat de bouwers zelf het meeste stuk hebben gemaakt, het is dus nooit heel geweest!

De aannemer die het plein gebouwd heeft kan zoiets blijkbaar niet schelen, evenmin heeft de gemeente er zijn veto over uitgesproken. Het plein moest natuurlijk even snel afgemaakt worden, want de Grote Opening was al gepland. En nu de opening geweest is wordt het vervolgens niet echt afgemaakt - het is immers een heel werk om het allemaal weer opnieuw te moeten doen, en dat zou de enige oplossing zijn.

Jammer dat de gemeente de kans heeft laten lopen om Amsterdam tenminste een plein te geven dat zich wat betreft oppervlakte en uitstraling kan meten met die van de andere Europese hoofdsteden. Misschien zijn we nog het beste af als de gemeente deze groene modderpoel laat asfalteren, dan heeft het tenminste nog iets weg van een plein.

Fulco Dekker


Beste Heer Pam,

U schrijft in 'De grofheden die men zich als freelancer moet laten welgevallen':
"De enige keer dat het goed ging met de Volkskrant was toen ik zaken deed met de toenmalige
adjunct-hooofdredacteur Bert Vuijsje. Die is joods, dus niets aan de hand, alles goed afgesproken en nagekomen. De andere keren ging het mis. Ik denk dat het kwam omdat ik toen te maken kreeg met katholieken. Het klinkt gek, ik geef het toe, een mens moet niet discrimineren, maar
ik heb er ook geen andere verklaring voor."

Deze uitspraak is, u zult het wel begrijpen, kwetsend voor katholieken. Hij zou dat ook moeten zijn voor joden, al was het maar om aan te tonen dat de gerechtvaardigde verontwaardiging waaraan zij zich zo regelmatig vol overgave verlustigen, niet selectief is. Dat die verontwaardiging wordt opgewekt door de schending van een hoger, de gehele mensheid omvattend ideaal van een wereld waarin mensen elkaar benaderen als vrije individuen en op die grond ook beoordelen, en niet indelen in groepen, bestempelen en minachten.
Enzovoort.
Maar daar gaat het mij niet om. Veel gelovige katholieken zullen uw stukjes toch niet lezen en de niet-gelovigen vinden dit goedkope gehak van oudsher vaak prachtig. Wat mij bezig houdt is vooral de laatste zin. Daarin is achtereenvolgens het zelfbewustzijn, de schuldbekentenis, het overtreden gebod en -natuurlijk- het excuus te lezen.
Volgorde die een opmerkelijke overeenkomst vertoont met de praktijk van datzelfde katholicisme- op de laatste bijzin na. Is voor een katholiek de bron van de zonde duidelijk, zij het duister, hier betreft het de openlijke erkenning van de ontoereikendheid van het eigen brein. De zonde ware liever niet gepleegd, maar wordt onvermijdelijk door de onmogelijkheid een andere verklaring te vinden. De enige betrouwbare man was een jood, alle anderen waren zowel wanbetalers als katholieken, dus de conclusie ligt voor de hand, hoezeer het politiek-correcte geweten ook protesteert.
Het is niet de duivel, het is de domheid...

B.Benneker



Geachte Heer Pam,

Bijzonder leuk dat journalisten internet gebruiken om te praten. U heeft prima ideeën, o.a. over de schaakwereld.
Toch vraag ik me bij uw verhaal TOEKOMST af waarom alles, en zeker in de toekomst, afhangt van bezit. (geen AOW meer, maar ontvangt een mooi pakketje aandelen.)
Waarom is het bij het kijken vooruit, nu normaal dat mensen zonder geld altijd problemen hebben?

Groeten,

RvdPerel.



Geachte heer Pam,

U verwijt de heer van het Hek dat hij zichzelf tegenspreekt. De heer van het Hek bedoelt vermoedelijk dat hij een voorkeur heeft voor mensen die afwijken van de subcultuur, waarin zij zich begeven. Het zou bijvoorbeeld leuk zijn dat u tegen iemand als Wim T. Schippers of Rik Zaal (die in zijn radioprogramma op radio 2, toen Ischa Meijer nog leefde, zijn weerzin tegen alle vormen van cabaret en woordspelingen in absolute termen uitsprak) zegt dat u een hartstochtelijke fan bent van Joepie. U wijkt dan af van de zogenaamde VPRO-elitementaliteit.
Daarnaast heb ik, nadat ik uw invallen over T. van Deel had gelezen, de indruk dat u een redelijk mens bent. Want u schrijft dat nadat een schrijver een grote hoeveelheid slechte boeken heeft geschreven opeens een brilliant boek kan schrijven. Zou ome Joep niet een uitstekende show kunnen maken? En ik kan mij niet voorstellen dat u werkelijk geen enkele grap geslaagd vindt.
Kortom, in elke mondelinge of schriftelijke tekst kan met gemak tegenstrijdig- heden worden geconstateerd. Is het misschien handig u te richten op meer inhoudelijke argumenten, zoals waarom vindt u zijn teksten niet goed?
Ik zou het graag willen weten, omdat ik een hekel heb aan mensen die zeer succesvol, rijk en salonfähig zijn, vandaar.

Alvast bedankt,

Erik Stolp

***

30-12-1999

Geachte heer Pam,

Met gemengde gevoelens heb ik op vrijdag 24 december de speciale aflevering over het nieuwe Museumplein in uw programma "De woestijn leeft" bekeken.

Aan de ene kant moet ik erg lachen om de wijze waarop u en uw collega Jeroen Henneman de zaken zoals ze er nu voorstaan bediscussiëren. Aan de andere kant is het ongelofelijk hoe de overheid (en in het bijzonder de gemeente Amsterdam) het toch elke keer weer klaarspeelt een verkeerde keuze te maken en deze door een grof gebrek aan verantwoordelijkheid tot een karikatuur van laat worden.

De enige conclusie kan zijn: "Dit plein is deze stad onwaardig!"

Ik juich uw kruistocht tegen deze belachelijke vormen van nalatigheid en bestuurlijke onkunde van harte toe en hoop dat de verantwoordelijke ambtenaren zich eens achter de oren zullen krabben.

Met vriendelijke groet,

Niels Mosselman

p.s. Heeft u ooit een reactie van de gemeente Amsterdam ontvangen?



Geachte Heer Pam,

Sinds lange tijd niet meer zo genoten. U en de heer Henneman, hebben alle pleinintellectuelen kundig de mond gesnoerd. U heeft volkomen gelijk! Het museumplein is absoluut geen 'nieuwe kleren van de Keizer'. Dit plein steekt inderdaad met kop en schouders boven alle andere pleinen uit (zeker ook internationaal). Door uw kundige uitleg over alle 'ins en outs' heb ik nu eindelijk begrepen dat e.a. niet kapot is of gewoon bijzonder dom bedacht, maar dat dit plein is ontworpen en gemaakt door mensen die wel lijken te beschikken over goddelijke gaven. Vanavond ga ik gauw genieten van 't plein met z'n bijzondere licht-effecten, voordat iemand ingrijpt...

Met vriendelijke groet,

D.H.



Dag,

heel scherp, heel leuk
lang niet zo gelachen om iets op TV
de woestijn leeft
mijn complimenten
meer van dat

Henk Bakkenes



Geachte heer Pam,

Met erg veel genoegen heb ik naar uw programma aangaande het Museumplein gekeken. Prettig te zien dat Amsterdam zijn "nieuwe kleren van de keizer" heeft gekregen. Wat van ver komt (uit Denemarken) hoeft dus niet per definitie goed te zijn.
Ik spreek hierbij de hoop uit dat de rubriek 'De Woestijn Leeft' weer regelmatig op AT5 komt zodat de verantwoordelijke ambtenaren en bestuurders (?) geconfronteerd blijven worden met de door hen geschapen 'ellende'.
Suggestie voor een aflevering: het Java-eiland.

Met vriendelijke groet,

Evert Krist



Geachte heer Pam,

Hoewel ik een groot bewonderaar van uw (TV) werk ben, spreekt de special van De Woestijn Leeft, gewijd aan het gerestylde Museumplein, me in het geheel niet aan. Ik vind het Museumplein toevallig harstikke mooi. Hou op met dat gezeur over een baksteen die niet aansluit of een bankje dat niet in de juiste richting kijkt.

Bewaar uw kritiek liever voor ergere misstanden (Ga eens fietsen door Amsterdam en tel alle asfaltgaten, hobbels etc, waar je je nek over kunt breken).

Hoogachtend,

Jan Albert Smit

***

12-12-1999

Geachte Heer Pam,

Uw lovende woorden over het boekje De Passievrucht van de heer Glastra van Loon zijn voor mij een volstrekt raadsel. Was dat raadsel maar aanwezig geweest in het boek, zodat niet het plot op bladzijde 12 al zo overduidelijk is, dat men de rest rustig ongelezen kan laten. Alle gevraagde proefpersonen wisten in ieder geval na 20 bladzijdes zeker dat het kind het boertje was.
Ook viel op dat Maarten 't Hart's Het woeden der gehele wereld blijkbaar goed gelezen was door de schrijver. De nieuwe L. H. Wiener kan ik u echter van harte aanbevelen.

Groet,

Rita

* * *

3 december

Geachte Heer Pam,

        In de rubriek Invallen van uw prachtige Internet-magazine las ik onder het kopje T. van Deel dat de beklagenswaardige persoon die naar deze naam moet luisteren, ooit eens heeft geschreven dat Max Pam 'een boek van Brusselmans "een meesterwerk"' vindt.
        Ten onrechte, volgens u.
        Nu heeft T. van Deel meestal ongelijk, maar in dit geval wijkt hij toch van deze merkwaardige gewoonte af. Immers, enkele weken geleden is in weekblad HP/De Tijd van uw hand een opsomming verschenen van wat u beschouwt als de beste honderd boeken die deze eeuw geschreven zijn. In deze lijst hebt u vanzelfsprekend ook een boek van Brusselmans opgenomen: Het einde van mensen in 1967.
        Inderdaad (u voelde het al aankomen, nietwaar?), het is in deze opsomming dat u 'een boek' van Brusselmans de kwalificatie 'meesterwerk' toekent. Bovenstaande overigens slechts ter uwer informatie, niet om iets af te doen aan alle hoon en minachting die T. van Deel verdient.
        Overigens zou ik nog willen opmerken dat ik het bijzonder onkies vind om op dit moment publiekelijk de literaire kwaliteiten van Brusselmans' Uitgeverij Guggenheimer in twijfel te trekken (zoals Van Deel doet, en ene Xandra Schutte in Vrij Nederland van 27-10-99 maar u ook een beetje). In sommige landen wordt van wetsovertreders wel eens een ledemaat afgehakt. En zomin als het gepast is om een dief die zijn hand moet gaan missen toe te blaffen dat ie geen appels mag stelen, zo voegt het een fatsoenlijk mens om Brusselmans, die toch met zijn rug tegen de muur staat, literaire tekortkomingen onder de neus te wrijven. Waarom nog lieden te hulp schieten die de rechter al aan hun zijde hebben gevonden?

Joost Duijvelshoff

Antwoord:

Geachte heer Duijvelshoff,

U heeft volkomen gelijk, mea culpa. Ook aan T. van Deel uiteraard.

Max Pam

* * *


postmaster@maxpam.nl