Bril & Pam (16)

Gastenhoek

In 2005 had ik met Martin Bril een kleine, tweewekelijkse correspondentie voor het blad Verzekerd!

Bril & Pam 3

Het betaalde goed, dit intern verspreide blaadje voor verzekeraars, maar weinigen zullen onze stukjes gelezen hebben.

Aflevering 16

Pam

Waarde collega,

Heb je het ook gelezen? Volgens een onderzoek van de firma Zwitserleven heeft driekwart van de werkende Nederlanders geen idee wat de zogenaamde “levensloopregeling” inhoudt, en dat terwijl die regeling al per 1 januari 2006 landelijk is  ingevoerd.

Weet jij wat dat is: een levensloopregeling?

Ik niet, ik behoor bij die 75% onwetenden.

Wel moet ik zeggen dat ik levensloop een prachtig woord vind. Ik zou willen voorstellen het op te nemen in de lijst van de honderd mooiste woorden uit de Nederlandse taal. Levensloop drukt zowel duurzaamheid als dynamiek uit. Hoewel de mens natuurlijk ook wel eens fietst, autorijdt en vliegt, is hij (of zij) het grootste deel van zijn leven aan het lopen. Als je de taal der dieren zou beheersen, zou je weten dat vogels het hebben over “levensvlieg” en vissen over “levenszwem”. Luipaarden hebben het trouwens over “levensmoe”, maar dit terzijde.

Nu moet ik ineens denken aan die beroemde regels van je collega-dichter Cees Nooteboom:

Ik had wel duizend levens
en ik nam er meer één!

Daar zit volgens mij een mooie slagzin in voor een verzekeraar die per 1 januari 2006 een nieuw product op de markt wil brengen:

Ik had wel duizend levensloopregelingen
en ik nam er maar één!

Dat ik zelf er geen flauw idee heb wat een levensloopregeling eigenlijk is, ligt natuurlijk aan mij. Op mijn levensloop valt namelijk geen peil te trekken. De ene keer gaat het goed met mij, de andere keer slecht. Als jongetje wilde ik wereldkampioen schaken worden, en daar is ook niets van terecht gekomen. Elke keer als ik denk dat ik nu wel weet waar het naar toe gaat, neemt mijn levensloop plotseling een andere wending. Je loopt in een goed humeur naar de bakker om warme broodjes te halen en als je terugkomt, heb je de sleutels vergeten. En niemand thuis. Of je gaat je vrouw van het vliegveld halen en bij het laatste stoplicht voor de ringweg, rijdt er iemand op je achterbumper.

Ik zie er geen systeem in en het komt altijd onverwacht. Voorlopig is het nog steeds goed afgelopen, maar uiteindelijk zijn alle levenslopers natuurlijk doodlopers. Dat weten die verzekeraars maar al te goed.

Je levenslustige collega Max

Beste Max,

Bril

Het is dat je er over begint, maar mij was het begrip levensloopregeling tot nu toe niet opgevallen, maar ik moet erbij zeggen dat ik een slechte neus heb voor dat soort begrippen.

Een levensloopregeling – het is toch een beetje een woord dat aan kringlooppapier doet denken, vindt je niet? Ik begrijp ook niet waar de associatie vandaan komt, maar ineens schiet hij mij te binnen: levensloopregeling, kringlooppapier. Waarbij aangetekend dat het met het kringlooppapier slecht is afgelopen, ik bedoel; daar hoor je nooit meer iemand over, terwijl nog niet zo lang geleden kringlooppapier helemaal bon ton was. Over echt papier hoorde je nooit iemand, iedereen had het maar over kringlooppapier.

Kring.

Loop.

Papier.

Ik ben bang, maar nogmaals, ik weet niet waarom, dat het met de levensloopregeling net zo zal gaan.

Levens.

Loop.

Regeling.

Ik heb zo’n gevoel dat het te maken heeft met het woordje LOOP, daar rust geen zegen op. Aan de ene kant roept het associaties op met de boel op zijn beloop laten, om niet te zeggen met diarhee (het LOOPT mij dun door de broek), aan de andere kant met de vanzelfsprekende traagheid die nu eenmaal bij lopen hoort, zeg maar wandelen.

Nu ik dit zo in het holst van de nacht noteer, zie ik ineens scherp voor me wat mijn bezwaar is: dat levensloopregelen is mij te adynamisch. Er zit geen pit in het woord, en ook geen pit in iemand die een levensloopregeling afsluit. Een goeie levensverzekering, daar zie ik wat in – dan kun je spectaculair sterven, maar een levensloopregeling, dat is iets voor wandelaars in vrijetijdskleding van Perry en Peek en Cloppenburg, ja toch? Het is een woord dat iets meanderends heeft, met de handen in de zakken naar de horizon kachelen, en dat dan helemaal geregeld. Ik vind, en daar zijn wij het eens, dat het leven GEEN loop moet hebben. Het leven moet hollen, stilstaan, struikelen, sprinten, maar niet lopen.

Maar ja, ik heb makkelijk praten, ik ben een geboren automobilist.

Je hardrijdende vriend