Theo Bouwman zal wel weer dronken zijn geweest

Columns

Momenteel lees ik met genoegen het tweede deel van Het Bedrijf, het epos dat Hans Vervoort heeft geschreven over de Weekbladpers. Het deel heet Betere Tijden, en dat mag gerust ironisch worden opgevat, want in de periode die het boek behandelt, gaat het niet geweldig met de uitgever van bladen…

als Vrij Nederland, Voetbal International en Opzij.

Het bedrijf heet een roman te zijn, maar praktisch alles dat erin beschreven wordt, is waar gebeurd.

Dat weet ik omdat ik destijds veel voor VN heb geschreven en ook nog een tijdje redacteur ben geweest van HP/De Tijd, een blad dat even bij de Weekbladpers was ondergebracht. De personages, allemaal met hun eigen naam genoemd, zijn bekenden: Rinus Ferdinandusse, Joop van Tijn, Renate Rubinstein, Rob Sijmons, Theo Sontrop, Beatrijs Ritsema, Aukje Holtrop, Piet Piryns, en nog vele anderen.

Het Bedrijf.bmp

Aukje Holtrop en Piet Piryns werden door een andere VN-redacteur, Martin van Amerongen, consequent Aukje Bolknak en Pipi Rijns genoemd, maar dit geheel terzijde.

Een figuur, naar wie ik met andere ogen ben gaan kijken, is Theo Bouwman – de algemeen directeur van de Weekbladpers. Vervoort karakteriseert hem als een “klein druk baasje”, dat steeds dikker begon te worden, maar wiens “knallende lach nog als vanouds door de wandelgangen galmde”. Bouwman is inderdaad een druk baasje, maar als je leest waar hij zich allemaal zo druk over maakt dan is het meest verbazingwekkende dat die man het in de uitgeverswereld zo ver heeft geschopt. Eigenlijk is bijna alles wat hijzelf bedenkt tot mislukken gedoemd. Hij moet het hebben van wat anderen hem voorhouden en dat weet hij dan meestal nog tot onzin te maken. Daarnaast is hij onstuimige innemer, wat hem niet zelden een zweterig uiterlijk oplevert. Toen hij later bij de VNU terecht kwam, liet hij zelfs een speciale badkamer aanleggen, zodat hij zich na een doorwaakte nacht altijd kon opfrissen.

Theo Bouwman.bmp

In die tijd heeft hij ook menige bumper van zijn Jaguar aan flarden gereden. Maar toch kwam hij er altijd mee weg, misschien omdat journalisten het leuk vinden wanneer er bij directie een flierefluiter zit.

Dat Theo Bouwman het zo ver heeft gebracht, is misschien te danken aan zijn vermogen om de kleur van zijn omgeving aan te nemen. Bij VN was hij de wat linkserige, integere uitgever, die zei niet aan bezit te hechten en die zich erop voorstond dat hij wel eens een boek las. Dat wilden de mensen om hem heen graag horen. Ik denk dat hij zo bij de VNU is binnen gekomen en later ook bij PCM-uitgevers.

Bij PCM was hij degene die de Britse investeringsmaatschappij Apax binnenhaalde. Geïnvesteerd zou er worden, maar het eindigde ermee dat PCM praktisch werd leeggeroofd. Ineens deed Theo Bouwman net alsof hij altijd voor Apax had gewaarschuwd, maar insiders wisten wel beter. Nog juist voor zijn pensioen stapte hij op, het bedrijf in deplorabele toestand achterlatend.

Af en toe hoor ik hem nog wel eens op de radio, als hij zijn licht laat schijnen over de recente ontwikkelingen in uitgeversland. Laatst zei hij bij BNR dat het weekblad HP/De Tijd wat hem betreft mag ophouden te bestaan, “omdat dat blad fout is geweest in de oorlog”. Nou bestond HP/De Tijd in de oorlog niet, maar afgezien daarvan heb ik hem nooit zulke dingen horen zeggen toen hij zelf nog directeur was van dat blad.

“Ach”, denk je dan, “die Theo Bouwman zal wel weer dronken zijn geweest”.

Onlangs berichtte De Telegraaf over “een uiterst vertrouwelijk rapport” naar mogelijk wanbeleid bij PCM. De onderzoekers, advocaat Willen Jan van Andel en voormalig Akzo-topman Jean ten Hoed, vinden het onbegrijpelijk dat destijds de macht is afgedragen aan de Britse durfkapitalist Apax. Volgens De Telegraaf betekent de uitslag van het onderzoek “een duidelijke veroordeling van de rol van het toenmalige management onder leiding van Theo Bouwman”.

De hele PCM-top krijgt trouwens op zijn falie, inclusief Wim Meijer, de voorzitter van de Raad van Commissarissen.

Proost, Theo! Neem er nog eentje. Ik ben benieuwd hoe je hier weer mee wegkomt.

Het Parool, 22 november 2008