De sufste man van Nederland

Columns

Als wij Joep Dohmen in NRC/Weekblad mogen geloven is Hans Dijkstal de sufste man van Nederland. Ooit was Dijkstal fractievoorzitter van de VVD en daarna minister van Binnenlandse Zaken, maar tegenwoordig is hij voorzitter van de Commissie Integriteit Publieke Omroep.

Hij heeft vast nog meer baantjes, vooral als prinses Maxima of een andere hotemetoot in de buurt is, maar ik vermoed dat geen daarvan nòg minder werk genereert dan die bij de omroep.

Volgens Dijkstal zelf heeft hij in de drie jaar dat hij het voorzitterschap vervult  precies één brief van een klokkenluider gehad, maar omdat daar geen afzender opstond, is die in de prullenbak gegooid. Voor Dijkstal is het verheugend dat hij het niet druk heeft, want “dat betekent kennelijk dat er niet veel mis is in Hilversum”. Zodoende kan Dijkstal gewoon zijn integere tukje blijven doen en mocht hij even de slaap niet kunnen vatten dan kan hij altijd nog zijn gouden Selmer-toeter pakken om een partijtje dixieland te blazen.

dijkstal

Het stuk van Joep Dohmen is misschien wat aangetrokken, maar het geeft toch een ander beeld dan dat waar Dijkstal in wil geloven. Van het wettelijk ingestelde toezicht op de publieke omroep is nauwelijks sprake. De raarste programma’s worden gesponsord en de degenen die daar verantwoordelijk voor zijn, houden hun mond of doen net of zij van niets weten. Bevoordeling van eigen familieleden, nepotisme en regelrechte corruptie zijn aan de orde van de dag.

Als ik Dohmen goed begrijp, was er zelfs een bedrijfje – Kalános genaamd – dat op een lucratieve manier bemiddelde bij de verkoop van Hongaarse grond en wijngaarden. Vooral de AKN, de gezamenlijk facilitaire organisatie van AVRO, KRO en NCRV, schijnt er bij betrokken te zijn geweest. En dan te bedenken dat de AKN een stichting is, een instelling die dus geen oogmerk heeft winst te maken.

Dohmen schrijft er niet over en ik weet ook niet of het er wat mee te maken heeft, maar een paar jaar geleden is er in het AKN-gebouw nog een illegale wietplantage aangetroffen. De plantage was verborgen in een stookhok in de parkeergarage. Destijds is de plantage zo snel vernietigd dat de politie maar besloot om verder geen onderzoek te doen. Je weet per slot nooit op wie je stuit.

Het stuk van Dohmen bevat talloze voorbeelden van transacties en afspraken, waarbij je je kunt afvragen of overheidsgeld – onze belastingcenten! – daaraan moet worden besteed. De bedoeling is natuurlijk ook om de omroep te vrijwaren voor de commercie, maar die is via allerlei achterdeuren al lang binnen. Laat u kinderen kijken naar Bibaboerderij van de TROS en men vertelt u er niet bij dat een groot deel van de financiering wordt gedaan door de supermarktketen C1000.

Enzovoort.

Minister Plasterk heeft de omroepen inmiddels om opheldering gevraagd. Dat had Hans Dijkstal natuurlijk moeten doen, maar die heeft zich gedragen als een brandweerman, die rustig doorslaapt terwijl zijn eigen huis de fik staat. Het weekblad Elsevier omschreef hem als “een ongelooflijke slapjanus”.

In zijn stuk maakt Dohmen ook venijnige opmerkingen over de hoge omroepsalarissen, die veel gevallen ver boven de Balkenende-norm liggen. Op het gevaar af een impopulair standpunt in te nemen, moet ik opbiechten dat ik mij daar niet erg druk over kan maken. Een (goede) minister-president in Nederland verdient veel te weinig en wie uitblinkt in zijn vak mag van mij veel verdienen. Als Van Nistelrooy een doelpunt maakt voor het Nederlands elftal, begint ook niemand te zeiken over zijn inkomen.

Stel: iemand presenteert op briljante wijze een televisieprogramma van een uur. Daar is veel talent, inspiratie en hard werken voor nodig – dat kan ik u verzekeren. Van mij mag die iemand voor dat uur best drieduizend euro verdienen. Eerlijk gezegd vind ik dat zelfs aan de matige kant. Matthijs van Nieuwkerk maakt per seizoen ongeveer tweehonderd van dat soort programma’s. Dan zit je al gauw op zes ton per jaar. Ik bedoel maar: van mij mag-ie.

Het Parool, 20 juni 2009