Crisis? Ga naar München!

Beweringen en bewijzen

Als er nog een tweede financiële crisis aankomt, kun je maar het beste naar München vluchten, want het lijkt wel of de eerste crisis aan die stad totaal voorbij is gegaan. Het historische centrum straalt een rijkdom uit, die wij in Nederland nauwelijks kennen.

Mercedes2

Zelden zoveel juwelierswinkels bij elkaar gezien. En dan heb ik het niet over juwelierswinkels van het lommerdachtige type, waar je ook een horloge of een paar Zeeuwse knoopjes heen kunt brengen, maar van die zaken waar je eerst een afspraak moet maken om er überhaupt naar binnen te mogen.

In München zitten dat soort zaken vol. Door de etalageruit turend, kan ik ze zien zitten, de rijke Duitse vrouwen, die vergezeld door hun mannen onbeperkt Schmuck aan het uitzoeken zijn.

Als je bedenkt dat Hitler vanuit München het Derde Rijk wild beginnen, dan is het uiteindelijk via een fantastische kronkelweg toch nog een triomftocht geworden. Na de oorlog hebben de Russen even voorgesteld om van Duitsland een boerenstaat te maken, maar de angst dat rancune en ressentiment eerdaags opnieuw zouden oplaaien, zat er diep in. Wat toen West-Duitsland heette, kreeg zijn Wirtschaftwunder aangereikt. En ze hebben de armen opgestroopt en het met beide handen aangenomen, dat moet gezegd.

In de Bayerische Staatsoper, dat MacBeth op het programma heeft staan, tref ik dezelfde welgesteldheid aan. Op het plein voor het gebouw, waar Hitler en Göring nog met hun stoottroepen hebben gemarcheerd, rijden de Mercedessen, de BMW’s en de Porsche’s voor. Nog nooit heb ik zoveel parels zien uitstappen, en dan heb ik het niet over zoetwaterparels. München heeft een fervent operapubliek, dat in gala verschijnt en in de pauze aan het gereserveerde familietafeltje een bord Sauerbraten komt eten. Of anders oesters met kaviaar.

Indertijd wilde Hitler van München  tot “Hoofdstad van de Beweging” maken en in het kader daarvan moest hier de grootste opera ter wereld worden gebouwd. Er zou een zaal komen voor drieduizend toeschouwers. Hitler had eigenhandig ontwerpschetsen gemaakt en volgens de kenners vind je daarin de contouren terug van het Burgtheater in Wenen, dat hij regelmatig heeft bezocht. Maar dan in het groot, in het supergroot, uiteraard. In 1937 is Waldemar Brinkmann met de planning begonnen, maar het gebouw is er nooit verrezen. Als het verrezen was, zou het door de geallieerde bommen zijn plat gegooid.

Mercedes-toren

Wat er wel staat is de Mercedes-toren, een glazen bonbonnière van vele verdiepingen, waarin uitsluitend zilvergrijze modellen – beschenen door een zacht licht – staan opgesteld. Honderden. Je komt er langs als je van de stad naar het vliegveld rijdt.

Bayern München

Even verderop staat trouwens het stadion van Bayern München, een enorme tulband van staal en glas, die rood en blauw kan kleuren. Vergeleken daarbij is de Amsterdam Arena een blikken trommel. Dat Louis van Gaal bij Bayern de scepter zwaait is een perfect staaltje van typecasting, die het vaderlandse hart doet gloeien.

Toch vreemd dat de populist Hitler meer hield van opera dan van voetbal.

De opera waar ik te midden van het Münchner publiek naar kijk, is MacBeth van Verdi. Hier had ik misschien liever Wagners Rienzi, der Letzte der Tribunen gezien,  Hitlers lievelingsopera. Het schijnt dat de première in 1842 zes uur heeft geduurd en met veel massascènes en wapengekletter gepaard ging. De ouverture werd vaak gebruikt op de partijbijeenkomsten van de NSDAP. Toen Hitler de opera voor het eerst zag, was hij zo begeisterd dat hij privé voor een vriend een  toespraak hield van het genre waarmee hij later zo beroemd zou worden.

Maar het zit er niet in. München is een moderne stad, waar men het verleden liever aan de toeristen overlaat.
Deze Verdi is overigens prachtig. Morbide geesten komen volledig aan hun trekken, want de bühne is bezaaid met schedels. De zangers moeten er gewoon doorheen waden als door het ballenbad bij McDonalds. Veel bloed en halfnaakte lichamen, die aan de schilderijen van Francis Bacon doen denken.

Ik vind het allemaal prachtig, maar het publiek lijkt minder enthousiast. Naast me zit een oude Duitser, in zo’n Beiers jasje waar een hoed met veertje bijhoort. Als de pauze aanbreekt, springt hij bruusk overeind en roept verontwaardigd en om zich heenkijkend: “Wat een gruwelijk lelijk toneelbeeld!”.

MacBeth

Na de pauze zal het nog erger worden. Het is een moderne uitvoering, dus ik kijk er niet van op als het schaars geklede koor op het toneel begint te pissen. Er komt echt water uit. Dat gaat in München te ver en van het balkon klinkt boegeroep. Je voelt dat dit keurige publiek zijn afkeuring slechts met tegenzin wil laten blijken. Men is er niet aan gewend om te fluiten, maar nu kan het even niet anders. Zelf voel mij ineens op een rare manier opgetogen.

Dat ik dit in de Hoofdstad van de Beweging nog heb mogen meemaken!

De Volkskrant, 11 februari 2010. Zie ook voor reacties.