In 2005 had ik met Martin Bril een kleine, tweewekelijkse correspondentie voor het blad Verzekerd!
Het betaalde goed, dit intern verspreide blaadje voor verzekeraars, maar weinigen zullen onze stukjes gelezen hebben.
Aflevering 10.
Waarde collega!
Zoals je wellicht weet heb ik een hond. Daar is niets mis mee, er zijn wel meer mensen met een hond, sterker nog: soms lijkt het wel alsof er meer honden zijn dan mensen – waaruit je niets anders kunt concluderen dan sommige mensen zelfs meer dan een hond hebben, twee, drie, vier.
Goed.
Omdat het zomer wordt, en omdat je je bezit nu eenmaal moet onderhouden, ging de hond laatst naar de kapper, een in een verre buitenwijk gevestigde instantie waar het huisdier gedurende minimaal één dagdeel moest verblijven. Dus wij erheen en ik liet haar (het is een vrouwtje) achter.
Heb je mijn hond wel eens gezien?
Het is een vrolijk, speels schepsel, met gezellig lang haar dat alle kanten op springt en vrolijk voor haar ogen hangt. Vrouwen zijn dol op haar, en dus ook op mij, als we samen door het straatbeeld flaneren. Een nadeel is alleen dat ze erg gaat blaffen zodra ik met die vrouwen aanpap, en buiten zint raakt als ik nog een stapje verder ga; dan begint ze zelfs te bijten. Kortom: een jaloers kreng, of moet je het zorgzaam noemen?
Hoe dan ook, toen ik na het minimale dagdeel mijn geliefde viervoeter en steun en toeverlaat weer op haalde, schrok ik me een hoedje. De kapper had haar volkomen kaal geknipt – en ze leek nu sprekend op een kalf in miniatuur, sterker nog: ze had een hele andere snoet gekregen, wat zeg ik, een lelijke rotkop. Mijn hart brak en ik ontstak in grote woede, en wat bleek: de kapper (een dikke meid met piercings in haar wenkbrauwen, navel en mondhoeken) had in plaats van er negen millimeter af te knippen het haar tot negen millimeter bijgeknipt – een hele klus ook nog, zo bezwoer ze mij zuchtend, alsof het godverdomme mijn schuld ook nog was dat ze zo hard had moeten werken.
Met de nieuwe hond die toch mijn oude hond is, zit ik nu thuis op maatregelen te spinnen?
Wat vind jij?
Moet ik die kapsalon aanpakken, voor de rechter slepen? Moet ik contact opnemen met de consumentenbond, de ombudsman, Martin Gaus? Ik vind dat ik ontzettend ben benadeeld, en recht heb op schadeloosstelling. Iedere keer als ik naar mijn hond kijk, tuimel ik in een diepe tunnel van ongeluk en verdriet, en vroeger was het precies andersom. Ik kan zelfs nauwelijks meer werken, zo erg is het. Die hondenkapper zal toch wel een verzekering hebben die dit soort akkefietjes dekt?
Je hondse vriend.
Antwoord:
Beste hondse vriend,
Als hondenbezitter kan ik je woede volkomen begrijpen, maar in een gerechtelijke procedure geef ik je weinig kans. Recht en gerechtigheid vallen nu eenmaal niet altijd samen. Het probleem in jouw geval is namelijk de tijd. De tijd die in zijn oneindig zachte dwang langzaam voorttikt en alles doet veranderen en tenslotte zelfs alles doet vergaan.
Zoals je ongetwijfeld weet.
Dat geldt ook voor je hond en zeker voor het haar van je hond. Juridische molens in ons land draaien zeer langzaam, dus tegen de tijd dat jij met je hond voor de rechtbank staat ten einde aan de verzamelde rechters en juryleden te tonen wat men jouw hond heeft aangedaan, is dat haar alweer aangegroeid. Dat wordt niks, vrees ik.
Ook het inschakelen van Martin Gaus lijkt mij geen goed idee. Voor je het weet, krijg je van die Gaus te horen dat het juist gezond is een hond van tijd tot tijd kaal te scheren. Er schijnt zelfs een Mexicaanse hond te bestaan, die helemaal kaal wordt geboren en die volgens biologen het eindpunt is van de hondenevolutie. Die kant gaat het trouwens ook uit met de mens. Je hoeft maar een dagje naar het strand te gaan om te begrijpen dat die mannetjesgorilla´s met haren op hun borst hun beste tijd hebben gehad. Kaal zijn is tegenwoordig het modebeeld, denk daar eens aan als je probeert aan te pappen.
In jouw geval lijkt me een optreden in het programma Kassa! van Felix Meurders een betere optie. Je kunt dan voor een miljoenenpubliek je zaak bepleiten en als je voor de camera je hond opnieuw laat knippen, zullen de kijkers bij de aanblik van het miniatuur-kalfje ongetwijfeld snikkend jouw kant kiezen. Als je weet in te spelen op de emoties van het grote publiek win je altijd.
Maar nog beter is het zo´n hond te nemen als de mijne. De vacht van mijn hond blijft sinds de dag dat zij bij ons is gekomen, en dat is al weer twaalf jaar geleden, op precies dezelfde lengte. In de zomer valt er wel eens pluk uit, maar haar haren blijven altijd even lang. Een wonder, als je het mij vraagt.
Nee, collega, de fout ligt bij jou. Honden horen in een hondenhok en niet in een kapperstoel.
Je kale vriend Max.