Bril & Pam (14)

Gastenhoek

In 2005 had ik met Martin Bril een kleine, tweewekelijkse correspondentie voor het blad Verzekerd!

Bril & Pam 3

Het betaalde goed, dit intern verspreide blaadje voor verzekeraars, maar weinigen zullen onze stukjes gelezen hebben.


Aflevering 14

Bril

Collega,

Nu de vakanties naderen, is het misschien goed eens stil te staan bij de zogenaamde Reis en Kredietbrief. Bestaat die nog? Ik hoop het van harte, want hoe ouder ik word, hoe meer ik me hecht aan de dingen van vroeger. De Reis en kredietbrief – als je die in huis had, wist je dat je ergens heen ging waar het vreselijk mis kon lopen!

Nu is het niet leuk, een vakantie die in het water valt, maar het idee dat je al het leed af kunt kopen met zoiets schitterend archaïsch als een Reis en Kredietbrief, gestoken in een plastic envelop die in het handschoenenkastje van de auto bewaard dient te worden, maakt een hoop goed – ja toch?

Hoe is het trouwens met het handschoenenkastje?

Het bestaat nog steeds in auto’s, maar hoor jij wel eens van iemand die er zijn handschoenen in bewaart? Ik niet. Weet je wat mij ook altijd zo’n flits van heimwee naar vroeger bezorgt? Een vrachtwagen met achterop zo’n ouderwets donkerblauw bord met daarin de drie letters TIR. Meteen ben je dan terug in de tijd dat grensovergangen nog bestonden en douaniers nog met een sigaar moesten worden omgekocht. Ik zal niet zeggen dat het toen veel beter was dan nu, maar godsdienstwaanzinnige zelfmoordenaars kwamen nog maar nauwelijks voor. Dus anders was het wel.

Terug naar het reizen. Sluit jij nog een reisverzekering af? Ik heb daar altijd problemen mee. Niet dat het zo moeilijk is om de verzekeringsagent te bellen, helemaal niet. Mijn bezwaren zijn eigenlijk van principiële aard. Is niet heel het leven een reis? Is niet iedere fietstocht naar de bakker een reis? Kun je het een reis noemen als ik 1000 kilometer rijd om bij mijn tweede huis in Frankrijk te komen? En zo ja, waarom zijn drie keer driehonderd kilometer naar mijn oma in Maastricht dan geen reis? Kortom – of je bent permanent verzekerd tegen alles, waar dan ook, of je wordt genept.

Dat is zo´n beetje mijn standpunt.

Max, waarde collega – ik wens je een prettige vakantie, en ik hoop dat je de juiste papieren bij je hebt, in het handschoenenkastje van je schitterende Saab. Laat je vrouw haar er haar handschoenen ook in doen, dan zit het kastje niet voor niets in je auto. Rij voorzichtig, tenslotte, want voor je het weet, sta je ergens langs een snelweg voor de verzekering formulieren in te vullen, samen met een Fransoos die naar knoflook stinkt. Dat is pas deprimerend.

Je Bril

Waarde collega,

Pam

Ik kan je gerust stellen. De toverlantaarn, het pessarium en de schrijfmachine bestaan niet meer, maar de Reis- en Kredietbrief nog wel. Dat ding floreert zelfs, heb ik me laten vertellen. Vermoedelijk ben je op het verkeerde been gezet door dat ouderwetse woord “brief”. Inderdaad, de brief ligt door toedoen van e-mail op apegapen, wat ik toch jammer vind want het besprenkelen van een liefdesbrief met een heerlijk parfum is er niet meer bij.

Je bent trouwens wel in een nostalgische bui, collega. Als jij over het handschoenenkastje gaat beginnen, kan ik het wel een boom opzetten over de hoedenplank, ook zo´n uitvinding waarvan je je wel eens afvraagt of die nog wel voor het oorspronkelijke doel wordt gebruikt. Mijn moeder had nog van die ronde dozen, wit-zwart of wit-rose gestreept, waarin zij haar hoeden bewaarde, maar die dozen stonden boven in de linnenkast en nooit op de hoedenplank van de auto.

Verder kan ik je meedelen dat ik een soort doorlopende ziektekostenverzekering heb in de vorm van een creditkaartje waarop al mijn gegevens staan. Als ik ergens in het buitenland wordt aangereden of mijn tanden worden bij een overval uit mijn mond geslagen dan ik op elk moment van de dag en waar ook ter wereld dat kaartje laten zien, en dan word ik gratis geholpen. In elk ziekenhuis, van Timboektoe tot Baguio City, staan zij voor mij met de pet en de injectiespuit in de hand.

Is dat niet heerlijk?

Of ik met dat kaartje ook mijn auto terug naar Holland kan laten slepen, betwijfel ik. Daarvoor heb je nu juist die Reis- en Kredietbrief nodig, maar persoonlijk heb ik er geen. Een huisje in Frankrijk bezit ik niet, een oma in Maastricht evenmin en in buitenland huur ik altijd een auto.

Maar mijn ouders hadden wel zo´n brief. Ik weet nog dat ze ons kapotte fordje op de trein Bazel hebben gezet, nadat een legertje witgejasde garagisten hoofdschuddend onder de motorkap had gekeken. Toen het fordje op het Centraal Station in Amsterdam werd afgeleverd, startte mijn moeder de auto en reed er zo weg! Een wonder, alsof Uri Geller zelf zich ermee had bemoeid. Collega, take care!

Je Max