Controleer en scalpeer de scepsis

Columns

Het klink deftig, maar omdat scepsis – om met Ruud Lubbers te spreken – deel uitmaakt van mijn grondhouding, twijfel ik aan alles en ben ik geneigd overal bedenkingen tegen te formuleren. Als scepticus ben ik automatisch ook een euroscepticus, wat niet wegneemt dat ik ook weer sceptisch sta tegenover de eurosceptici – als u mij nog kunt volgen.

Voors en tegens tegen elkaar afstrepend, ben ik uiteindelijk toch meer voor een Europese Unie dan tegen een Europese Unie.

Maar het word je soms wel moeilijk gemaakt door de hoge dames en heren in Brussel.

Zo heeft het Europees parlement,  met het oog op de verkiezingen van volgend jaar, het bedrag van 2,3 miljoen euro beschikbaar gesteld om op internet het imago van de Europese Unie op te vijzelen. “EU-ambtenaren”, zo lees ik in Elsevier, “zullen de sociale media afgaan en, waar nodig, het debat proberen te beïnvloeden”. Dat tussenzinnetje “waar nodig” is veelzeggend. Misschien is zoiets helemaal niet nodig. Wij leven in per slot in een democratie, die iedereen het recht geeft ergens voor of tegen te zijn.

Ambtenaren van de Unie gaan blogs en andere sociale media in de gaten houden, waarbij “speciale aandacht uitgaat naar landen met een groeiende euroscepsis”. Een legertje “communicatiemedewerkers” wordt ingezet om “mythes met feiten onderuit te halen”. Let dus goed op. Zegt u straks op Twitter of Facebook dat Herman van Rompuy een machteloze figuur is die slappe haiku’s maakt, dan krijgt zo’n communicatiemedewerker op uw dak die gaat uitleggen dat Van Rompuy behalve een krachtige president ook nog eens een literaire hoogvlieger van formaat is. Mythes zijn er om doorgeprikt te worden!

Controle

Nu kun je zeggen: wat is er eigenlijk op tegen dat het Europees parlement iets wil doen aan haar beeldvorming? Shell en Philips doen dat toch ook, de hele wereld probeert zichzelf zo aantrekkelijk mogelijk voor te stellen. Jawel, maar het Europees parlement wordt gefinancierd uit belastinggeld dat van ons allemaal is, dus ook van de  Eurosceptici. Dan geeft het geen pas om dat geld voor zo’n eenzijdig doel te gebruiken.

In feite gaat de Europese Unie nog verder en wil zij niet alleen de sociale media naar haar hand zetten, maar ook nog de controle vergroten op de reguliere pers. Onze eigen eurocommissaris Neelie Kroes heeft een commissie ingesteld, de zogenaamde High Level Group, die onlangs met allerlei regels kwam waaraan journalisten zich moeten houden. Journalisten die volgens de EU niet braaf zijn, staat een straf te wachten.

In de Volkskrant wijst Martin Sommer erop, dat deze commissie aanvankelijk is ingesteld met goede bedoelingen. Er zijn nu eenmaal landen als Hongarije, waar de regering haar gat afveegt met een werkelijke vrijheid van meningsuiting. Het is altijd goed voor voormalige dictaturen nog een vast te leggen waar het om gaat, maar inmiddels zijn de aanbevelingen omgezet in “marsorders voor de pers”, om met Sommer te spreken.

Dit probleem doemt telkens op, wanneer men de media probeert te reguleren, wat meestal een ander woord is voor breidelen. Het begint met racistische sites en dan komt men als vanzelf terecht bij het idee dat de pers een speciale verantwoordelijkheid heeft ten opzichte van politiek radicalisme. Sommer vreest dat hij misschien nog eens toestemming moet vragen om Geert Wilders te interviewen. Of men neemt de roddelbladen onder loep, om vervolgens te concluderen dat voortaan alleen nog mensen met een diploma in de krant mogen schrijven.

Sommer verwacht niet dat de High Level Group iets voor elkaar krijgt. Werk aan de winkel dus voor al die communicatiemedewerkers om straks op de sociale media de mythe van deze mislukking met feiten onderuit te halen.

Het Parool, 9 februari  2013