Twee heldinnen van deze tijd

Beweringen en bewijzen

Als ooit de geschiedenis van de Nederlandse column wordt geschreven, zal vermoedelijk blijken dat het stukje over het stoppen met roken het vaakst is geschreven. Zo tussen 1975 en 2000, toen het tot de meest verstokte roker doordrong dat zijn verslaving levensbedreigend is, kon je elke dag wel ergens lezen over de worsteling van iemand die probeert te stoppen.

Heldinnen 2

De laatste jaren lees je dat soort stukjes steeds minder. Er wordt minder gerookt, maar wat voor de stukjesschrijver misschien nog belangrijker is: het roken heeft veel van zijn romantiek verloren. Het is een schaamtevolle bezigheid geworden, die zich niet zelden afspeelt buiten in de kou, terwijl binnen de niet-rokers hun geanimeerde conversatie voortzetten.

Als ik ergens in mijn leven anders over ben gaan denken dan is het wel over roken. Ik ben een verstokte kettingroker geweest, die ’s nachts de straat op moest om een pakje te trekken uit de sigarettenautomaat – die had je toen nog. Tot ik een keer flauw viel bovenop een asbak met een berg peuken. Het was een zomerse ochtend in de tuin en ik werd overvallen door een duizeligheid alsof de zon uitviel.

Nog dezelfde dag ben ik overgestapt op kleine sigaartjes, veertig per dag, wat natuurlijk ook niet hielp. Daarna ben ik toch gestopt. Te laat, want weer een paar jaar later werd ik mijn hoofd in een apparaat gelegd om een scan van de hersenbloeding te maken. “Rookt u?”, was de eerste vraag die aan mij werd gesteld, toen ik het ziekenhuis werd binnengereden. Ik beloofde nooit meer een sigaret aan te raken als ik er ongeschonden uit te voorschijn zou komen. Aan die belofte heb ik mij gehouden.

Over de laatste woorden van Jean Paul Sartre is men het niet eens, maar er wordt beweerd dat Bernard Levy hem op zijn sterfbed heeft gevraagd waarom hij nog wilde leven.

“Om te roken”, zou Sartre hebben geantwoord.

Prachtige woorden, hoewel vermoedelijk nooit uitgesproken. Het was de tijd dat dr. Meinsma, de eerste anti-rokersactivist, werd uitgelachen. Nu denk ik over die prachtige woorden van Sartre anders. Het zijn domme woorden geworden. Het roken heeft aangetoond dat de overheid het in een heel enkel geval beter weet dan wij individuele burgers. Is het niet liberaal dat de overheid ons laat roken, onder de voorwaarde dat wij andere mensen niet ziek maken? In de Verenigde Staten, waar je vrijelijk wapens mag kopen, wordt erover nagedacht om roken in je eigen appartement strafbaar te stellen. Dat lijkt een absurditeit, en misschien is het dat ook wel, maar de gedachte over zo’n maatregel komt natuurlijk voort uit het schuldgevoel dat men veel te lang heeft gewacht met het aanpakken van de tabaksindustrie.

Roken is dom, de meesten gaan er aan dood en het kost ook nog eens veel geld. Eigenlijk zijn het slappe praatjes dat Baudelaire zonder al die genotsmiddelen nooit die prachtige gedichten had kunnen schrijven. Aan het eind van zijn leven publiceerde Willem Frederik de verhalen/essaybundel De laatste roker, beslist niet zijn beste werk. Best mogelijk dat Hermans, die stierf aan longemfyseem, een paar mooie romans ongeschreven heeft gelaten omdat hij zijn gezondheid zo nodig moest ondergraven met tabak. Hier spreekt de teleurstelling van een bewonderaar.

Deze week is ophef ontstaan over een initiatief van de longartsen Wanda de Kanter en Pauline Dekker, die de website Tabaknee.nl hebben opgericht. Daarop wordt iedereen die zich inzet voor de tabaksindustrie op keiharde wijze aangepakt. Deze website kan niet genoeg worden gesteund. Sterker nog: Wanda de Kanter en Pauline Dekker zijn heldinnen van deze tijd. Door op deze manier hun stem te verheffen, doen zij meer voor de samenleving dan menig politicus.

mevrouw Asscher

Inderdaad, mevrouw Asscher, moeder van Lodewijk, scheer u weg als commissaris bij sigarettenfabrikant Philip Morris. Inderdaad, Elco Brinkman, gij die zelf nog eens met een verkankerde kale kop hebt rondgelopen, hoepel op als tabakslobbyist.

Inderdaad, Hans Hillen, gij die zogenaamd uw bijbaantje als tabaksman vergat om minister te worden, met een schop onder uw kont komt u er nog genadig vanaf.

En moge Laurentien Brinkhorst, vriendin van alle postcodeloterijen en echtgenote van een prins der Nederlanden, alsnog uit het Koninklijk Huis worden gezet vanwege haar zegenend werk voor – alweer Philip Morris.

En nee, mijnheer Arno Rutte van de VVD, niet Tabaknee is smakeloos, maar uzelf bent smakeloos. Hoeveel doden moeten er in uw familie nog vallen, voordat u eindelijk wakker wordt?

Steunt allen Tabaknee!

de Volkskrant, 13 maart 2013